In het politiek spectrum van Europa voor de Tweede Wereldoorlog is het Zionisme een factor van belang. Hoe belangrijk het was, was omgekeerd evenredig met de positie van de Joodse bevolking binnen de verschillende Europese samenlevingen. In Nederland was de integratie en acceptatie van de Joodse Nederlander in verhouding tot andere landen goed, maar wanneer dit minder in orde was steeg de wens voor een eigen land.
De term Zionisme is afgeleid van de heuvel Zion in Jeruzalem. Deze heuvel staat symbool voor het heimwee naar het land waar ooit de koninkrijken Judea en Israël lagen. Deze heimwee wordt al beschreven in de ballingschap van het Joodse volk in Babylonië.
Nathan Birnbaum, Oostenrijks filosoof, gebruikte de term Zionisme als eerste in 1890, hij werd 10 jaar later als woordvoerder opgevolgd door Theodor Herzl (geboren in Boedapest, ook Oostenrijks onderdaan) die de beweging verder uitbouwde.
Politiek
Het politieke Zionisme ontstond in de negentiende eeuw. Het was een antwoord op de voortdurende vernietiging van het Jodendom door de pogroms in Oost Europa. Maar ook het antisemitisme in West Europa werd steeds sterker. Vanaf de jaren twintig van de twintigste eeuw begint het socialisme het zionisme te domineren. Deze dominantie duurt tot de jaren zeventig van de vorige eeuw. Tot uitdrukking komt dit bijvoorbeeld door de emigratie naar Palestina voor 1948, waar men doorgaans in de landbouw ging werken binnen een kibboets. Een kibboets was een vaak succesvolle landbouwkolonie die op socialistische leest geschoeid was en deze kibboetsiem hebben gezorgd voor een grote economische groei van de Joodse staat na 1948.
Cultuur
Daarnaast kwam ook het culturele Zionisme op. Dit draaide om het zoeken naar de identiteit en gaf een pragmatische oplossing voor de vele talen die de nieuwe immigranten in Israël binnen brachten. Dat leidde tot de invoering van het moderne Hebreeuws als landstaal. Het klassieke Hebreeuws werd tot dan alleen gebruikt tijdens religieuze diensten.
De initiatiefnemer was Eliezer Yitzhak Perelman die in Litouwen werd geboren op 7 januari 1858 (overleden Jeruzalem, 16 december 1922). Hij emigreerde in 1881 naar het toen nog Turkse Palestina en nam de naam Eliezer Ben-Jehoeda aan. Vanwege zijn religieuze opvoeding kende hij Hebreeuws. Hij vond dat Hebreeuws weer een levende taal moest worden en sprak uitsluitend deze taal met mensen die het Hebreeuws geleerd hadden, en ook met zijn vrouw en zoon. Op 29 november 1922 verklaarden de Britten, die toen het bewind voerden in Palestina, Hebreeuws tot officiële taal.
Religieus
De religie vormt vaak een afwijkende opinie binnen het Zionisme. De religie gaat ervan uit dat alleen de Mesjiach (messias) bij zijn terugkomst op aarde ervoor kan zorgen dat de Joden uit de diaspora terugkeren naar het beloofde land. Dat kan niet worden gedaan door mensen. De voorstanders van het Zionisme is onder deze groep echter sterk toegenomen na de oorlog van 1967. De ultraorthodoxe Joden zijn echter vaak geen voorstander van de moderne staat Israël. Binnen de staat vormen zij een aparte groep en waren zij (tot 2024) vrijgesteld van militaire dienstplicht.
Sjoa
Het streven naar een Joodse staat werd door de Tweede Wereldoorlog en de moord op 6 miljoen Joden versterkt. Overlevenden kwamen berooid van huis en haard terug uit de kampen of onderduik. Gezinnen en families waren vernietigd, de oorspronkelijke woonomgeving doordrenkt met herinneringen die voor velen zo pijnlijk waren dat de wens om naar een eigen land te gaan, zonder vervolging om afkomst, bijzonder groot werd. Velen waagden de stap en, zeker in het begin met gevaar voor eigen leven, vertrokken naar Palestina. In de eerste jaren na de oorlog lieten de Britten de vluchtelingen mondjesmaat toe (om de Arabische wereld niet te ontrieven) wat leidde tot wanhoopsvluchten naar dit land. Om toch een oplossing te forceren nam de Verenigde Naties op 29 november 1947 een plan aan tot een verdeling van Palestina in twee staten. Dit werd niet geaccepteerd door de Arabieren en Ben Gurion riep op 14 mei 1948 de staat Israël uit.
Op 15 mei 1948 was Israël in oorlog met de omliggende landen en deze oorlog wordt de Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog genoemd. In deze oorlog ontvluchtten ca. 700.000 Palestijnen Israël en ca. 800.000 Joden werden verdreven uit de Arabische landen en zij trokken naar Israël. Genoemde aantallen staan overigens nog steeds ter discussie.
De gevluchte Palestijnen kwamen in vluchtelingenkampen terecht, de gevluchte Joden werden opgenomen in de Israëlische samenleving.
Zionisme na 1948.
Zionisme is op zich niet meer nodig, het doel van de beweging is bereikt. Het Zionisme staat echter wel ter discussie. Het werd en wordt verantwoordelijk gesteld voor de situatie van de Palestijnen. Verder werd Israël lang geboycot door Arabische buren, de communistische staten veroordeelden het Zionisme en zagen dit als een vorm van racisme en imperialisme. In 1975 verklaarden de Verenigde Naties in resolutie 3379 dat Zionisme een vorm van racisme is. Resolutie 4686 trok deze resolutie in 1991 weer in en Kofi Annan noemde in 1998 resolutie 3379 een van de dieptepunten van de Verenigde Naties.
gepubliceerd:
26 februari 2016
laatst bijgewerkt:
27 juli 2024