Al in 1935 verschenen er alarmerende berichten over de fascisten die de antifascistische Tweebosstraat in de Afrikaanderbuurt bij de Hilledijk terroriseerden, maar ook wat de bewoners er tegen deden. Wat werd er geschreven?
‘ROTTERDAM FASCISTEN TERRORISEREN DE TWEEBOSSTRAAT. Onder bescherming van de politie. VERSTERKT DE ANTI-FASCISTISCHE EENHEID VAN ACTIE. Ook in Rotterdam gaan de fascisten meer en meer over om de bevolking van de arbeidersbuurten te terroriseren om zodoende deze buurten te ontsluiten voor hun fascistische propaganda. In de nacht van Maandag op Dinsdag kwamen ze om half elf aangerukt onder begeleiding van een stormgroep der W.A. om hun lectuur te verspreiden in een uitgesproken antifascistische wijk rondom de Tweebosstraat. Een arbeider, die de fascisten zag naderen, werd door de fascisten aangehouden en werd te kennen gegeven, dat hij moest verdwijnen en anders de gevolgen voor zijn rekening zouden zijn. Alras hadden de arbeiders in de gaten wat er ging gebeuren. Trouwens, daar was het de fascisten ook om te doen. Uittarting op uittarting van de arbeiders volgde, waarvoor ook het aanwezig zijn van de W.A. kolonne het duidelijkste bewijs was. Daartoe opgewekt, verschenen alras meer en meer arbeiders op straat, w.o. een niet gering aantal vrouwen. Spreekkoren tegen het fascisme werden gevormd en naarmate meer arbeiders op straat kwamen, namen ook de provocaties van de W.A. lieden toe. Plotseling werd een arbeider door fascisten neergeslagen en teneinde zich tegen verdere wandaden der gewapende fascisten te verzekeren, werden de straten opgebroken, een nagel van stenen daalde op de fascisten neer, die alras uit de wijk de wijk moesten nemen. Na tien minuten kwamen ze echter onder politiebegeleiding terug en charge op charge volgde. Op schandalige wijze werd tegen de antifascistische arbeiders opgetreden. Verschillende arbeiders hebben verwondingen opgelopen. Het is duidelijk dat de fascisten en de fascisten alleen de schuld zijn aan de gevechten die plaats gevonden hebben. De arbeiders zijn niet gediend van de fascistische propagandisten: zij hebben voor ogen de daden van het fascisme in Duitsland, dat de arbeidersklasse volledig ontrecht, hun organisaties kapot slaat en hen weerloos uitlevert aan de meest ongebreidelde uitbuiting en onderdrukking van het grootkapitaal. Het is begrijpelijk, dat de arbeiders zich met straatstenen verweren tegen de gewapende en op vechten getrainde troepen van de fascisten. Onbegrijpelijk is het voor grote massa’s van arbeiders, dat de politie toelaat, dat in de kringhuizen, die in formele kazernes veranderd zijn, de plannen voor het terroriseren van de arbeidersbevolking worden uitgebroed en voorbereid. Nog onbegrijpelijker komt het hen voor, dat de politie, in plaats van op te treden tegen deze gewapende horden, deze in bescherming neemt en hun terreur door wapengeweld van de overheid aanvult.
Maar het mag de arbeiders niet verwonderen! Deze fascistische provocatie worden gesanctioneerd en ondersteund, omdat ze de voorbode zijn van een openlijke fascistisch terreur, die men op de arbeidersklasse wenst toe te passen. Daarom moeten deze provocatorische „verspreidings- en colportagetochten”, die met verspreiding en colportage niets gemeen hebben, door eensgezind en antifascistisch optreden van de arbeidersmassa verhinderd worden. De vorming van anti-Mussert comités, die waken, dat de fascisten uit de arbeiderswijken blijven en tot directe mobilisatie van de arbeidersbevolking overgaan, zodra ze zich in arbeiderswijken vertonen, is noodzakelijk. Maar het is onvoldoende! Wat voor alles nodig is, is dat in al de arbeidersorganisaties, in de vakverenigingen, in de cultuur en portorganisaties, in de buurt- en speeltuinverenigingen tegen het fascisme gemobiliseerd wordt, dat deze organisaties onderstrepen de eis: Sluiting van de N.S.B.-kringhuizen. Verbod van N.S.B.-colportage in de antifascistische arbeiderswijken. Verbod van de N.S.B., wiens bestaan een aantasting is van de politieke rechten, die de arbeidersklasse zich in jarenlange strijd veroverd heeft. Niet minder van belang ls, dat ook de werkende arbeiders, wier nachtrust door de fascisten verstoord wordt, vanuit hun bedrijven een krachtig protest tegen het optreden der fascisten laten horen’.
Tweebosstraat 23 – kleuterschool Judith Lavino
Rond 1980 was hier de Kleuterschool Judith Lavino gevestigd, vernoemd naar Judith Lavino.
Tweebosstraat 26b – gezin Goudeketting
Hier woonde Abraham Goudeketting (Amsterdam, – Auschwitz, ), zijn vrouw Mietje van Emrik (Ruhrort, – Auschwitz, ) en hun zoon Willem Goudeketting (Rotterdam, – Auschwitz, ). Abraham had nog twee kinderen uit zijn eerste huwelijk met Bloeme van Sister (Amsterdam, 7 oktober 1896); Mietje (Amsterdam, – Sobibor, ) en Leendert (Amsterdam, 20 december 1916). Het bijzondere verhaal over Leendert staat op de Amsterdamse site.
Tweebosstraat 28a – Mozes Cosman
In deze straat woonden aan het begin van de oorlog meerdere Joodse gezinnen. Mozes Cosman was voddenkoopman in Rotterdam. Hij werd in de Maasstad geboren op 16 juni 1881 en overleed in Rotterdam op 5 september 1940 en werd begraven op de Joodse begraafplaats aan het Toepad. Zijn tweede vrouw was Schoontje van West (Amsterdam, 29 november 1887 – Auschwitz, 27 augustus 1943) en er waren zes kinderen, van wie twee de oorlog overleefden.
Tweebosstraat 75 – Saartje van Bergen – Van Bever
Saartje van Bever (Rotterdam, – Sobibor, ) trouwde op 5 september 1934 met de niet-Joodse kapper Jacobus van Bergen (Rotterdam, 6 oktober 1913), van wie zij voor de oorlog scheidde. Met hem kreeg ze twee kinderen; Elizabeth Petronella (1934) en Mietje (1938). Ze kreeg een verhouding met de niet-Joodse Leendert Voortman en met kreeg ze in ieder geval één, en waarschijnlijk twee kinderen. Met haar jongste dochter Wilhelmina Jacoba Cornelia (Rotterdam, – Westerbork, ) kwam ze op 10 april 1943 in Westerbork terecht en heeft toen alles in het werk gezet om haar voor deportatie te behoeden. Haar dochter overleed een maand voordat Saartje zelf, op 10 juli 1943, gedeporteerd werd naar Sobibor. Vlak voor hun gedwongen vertrek uit Rotterdam woonden Saartje en haar dochter op dit adres.
bron: “ROTTERDAM FASCISTEN TERRORISEREN DE TWEEBOSSTRAAT. Onder bescherming van de politie. VERSTERKT DE ANTI-FASCISTISCHE EENHEID VAN ACTIE.”. “De tribune : soc. dem. weekblad”. Amsterdam, 14-03-1935. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010481930:mpeg21:a0049 www.joodsmonument.nl, lemma Mozes Cosman (geraadpleegd 26 januari 2018).
Stadsarchief Rotterdam, Saartje van Bever, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 851-030.
illustratie: Stadsarchief Rotterdam, beeld en geluid, Foto 2005-8119 De versierde Tweebosstraat, n.a.v. de 1 mei viering. 1978. Collectie Alex (Lex) (A.) de Herder, 03/01/1927-02/02/2000. Fotocollectie algemeen – deel 1, toegangsnummer 4100