meubelindustrie Mak & Van Engers

Oostzeedijk 1900. Collectie Stadsarchief Rotterdam beeldbank 4029_PBK-5218

Het bombardement van 14 mei 1940 vernielde veel in Rotterdam. De enorme verwoestingen in de binnenstad zorgden ervoor dat veel mensen en bedrijven op zeer korte termijn geherhuisvest moesten worden. In het begin van de jaren veertig stonden er veel huizen in Hillegersberg en Schiebroek leeg en daar kwamen zodoende nieuwe bewoners en bedrijven uit de binnenstad.

Eén van de fabrieken uit de binnenstad die getroffen werd, was de Meubelindustrie Mak & Van Engers. Dat bedrijf, geleid door de heer Benedictus van Baren, was gevestigd aan de Schoutenstraat 159 (foto, 1e zijstraat) die tot het bombardement tussen de Oostzeedijk en de Weteringstraat liep. Het grootste deel van die straat werd in 1940 verwoest, het resterende deel werd in 1990 als straat opgeheven.

Volgens “De Naamloze Vennootschap”, een maandblad voor den ondernemingsvorm en het bedrijfswezen, waren de gegevens van het bedrijf de volgende:

N. V. Meubelindustrie Mak en Van Engers. Dir.: A. van Engers en B. v. Baren. Comm.: Dr. I. B. Kolthoff, ‘s-Gravenhage. Zetel: Rotterdam. Doel.: Fabriceeren van en handel in meubelen, maken van betimmeringen, expl. van vindingen, die toegepast kunnen worden op het gebied van den bouw en de inrichting van huizen, kantoren, openbare gebouwen enz., en handel in hout

Van Engers staat hier wel als directeur genoemd, Mak niet. Van Engers, een creatief ontwerper,  was ook zakelijk onderlegd, Mak wilde alle aandacht besteden aan het ontwerpen.
Dr. I. B. Kolthoff was Israël Benedictus Kolthoff (Assen, 11 januari 1866 – Sobibor, 14 mei 1943), leraar klassieke talen en de broer van de moeder van Benedictus (Ben) van Baren, Betje Marianne Kolthoff (Assen, 3 december 1867 – Apeldoorn, 8 augustus 1942).  Deze familie steunde Ben, waarna hij in het bedrijf kon treden.

Benedictus van Baren
Benedictus van Baren werd in Assen geboren op 20 februari 1900. Hij huwde op 14 november 1929 met Petronella Sippora Hamburger (Nijkerk, 28 januari 1906) en zij hadden twee dochters, Jetty (Rotterdam, 20 april 1934) en Betty-Marion (Rotterdam, 3 maart 1936). Naast zijn baan was Benedictus actief in Joods Rotterdam. Hij was voorzitter of directeur van het koor dat in de synagoge aan de Botersloot zong. Het koor oefende in zijn fabriek, op zondagen, wanneer de fabriek dicht was. Naast dit werk was Ben bestuurslid van de liefdadigheidsorganisatie Ten Bate der Armen.

Het bedrijf
Het bedrijf van Mak & Van Engers had een goede naam. In de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 9 februari 1927 verscheen een verslag van de Meubelbeurs, de tweede in zijn soort, in de RAI in Amsterdam. De correspondent schreef in de NRC : “Doch niet alleen in de kleur ook in den vorm geeft Nederland het voorbeeld aan andere landen. De ten onzent gemaakte meubelen zijn beter van proportie, soberder in de versiering dan wat uit het buitenland komt; zoo de Meblofabriek” te Zeist van fijn- en hardhoutwerken; ook de moderne meubels van „Mak & Van Engers” uit Rotterdam, beide zonder ornamentatie” .

Uit publicaties viel niet op te maken of dit al dan niet een Joodse onderneming betrof. En deze onduidelijkheid werd ook een beetje door de compagnons in stand gehouden. Want Van Engers was Joods, maar niet gelovig, en Mak was strenggelovig Nederlands Hervormd. Het bedrijf leverde zowel aan synagoges als aan kerken. Arnold van Engers (Rotterdam, 4 september 1885) regelde de verkoop aan de synagoges, Adrianus Gorinus Joost Mak (Rotterdam, 17 februari 1886) de verkoop aan de kerken. Zowel Mak als Van Engers waren in 1910 hun carrière als architect begonnen. In die tijd leverde een architect niet alleen het ontwerp voor een huis, ook voor de meubels.

Met een advertentie in het Nieuw Israëlietisch Weekblad van 7 januari 1938 vestigde Mak & Van Engers er de aandacht op de enige grote meubelfabriek in Nederland te zijn, die gesloten was op de sjabbat, de Joodse rustdag. En ze waren ook gesloten op zondag, de christelijke rustdag en in de familieverhalen bij de familie Mak komt nu nog naar voren dat dit de enige fabriek was die zowel de Joodse als de christelijke markt bereikte, wat een aantrekkelijk grotere afzetmarkt gaf. Vermelding van de interconfessionele samenwerking was in die tijd economisch niet verstandig.

Mak & Van Engers verzorgde de inrichting van de in 1928 gewijde “Westersynagoge” op de Joost van Geelstraat. Het Nieuw Israëlietisch Weekblad van 9 maart 1928 schreef daarover: “Aan dit verslag, dat wij ontleenen aan de N. R. Courant hebben wij alleen toe te voegen, dat de inventaris dezer Synagoge geleverd is door de fa. Mak & A. v. Engers , dat bovendien voor belangstellenden deze sjoel te bezichtigen zal zijn Zondag a.s., 11 dezer, van 3 tot 5 uur.”
Verder werden meubels geleverd aan de in 1937 gewijde synagoge aan de Walenburgerweg in Rotterdam en verzorgden ze de inrichting voor de begin 1938 geopende Nieuwe Haagse Synagoge aan de Wagenstraat. Bij de laatste ging onder meer om de Biema en de Amoed, respectievelijk het verhoogde platform en de lessenaar voor de voorzanger. Ook de zetels van de rabbijnen waren ontworpen en gemaakt onder leiding van Van Baren. Het bedrijf verzorgde eveneens de inrichting van verschillende kerken.

schoolbankmakSchoolbank
Hoe slim de samenwerking ook was, de markt voor kerken en synagogen blijft beperkt. Het bedrijf richtte zich niet alleen daarop, maar ontwierp en bouwde ook woningen. Een groot financieel succes werd het ontwerp van een ergonomische schoolbank in 1927. Het luidde een zeer voorspoedige periode in in deze succesvolle samenwerking.

Naamsverandering, uitkoop en de oorlog
Met de na het bombardement van mei 1940 gedwongen verplaatsing naar De Vaan, met als locatie de Grindweg te Hillegersberg, nam directeur Van Baren afscheid van de naam Mak & Van Engers. Voortaan heette de fabriek, bijvoorbeeld in personeelsadvertenties, ‘Meubelfabriek De Vaan’. Voor de continuïteit naar de klanten toe zorgde de toevoeging: ‘Directeur B. van Baren’.

Waarom de naamswijziging? Was het alleen het feit, dat de Meubelindustrie Mak & Van Engers in de as was gelegd op 14 mei, of speelde ook een rol, dat directeur Van Baren de Joodse achtergrond van zijn bedrijf niet te zeer wilde benadrukken? Als Joodse firma kreeg het bedrijf gedurende de bezetting al snel een ‘Verwalter’, een zaakwaarnemer voor de directie. De naamwijziging lag ook voor de hand omdat een paar maanden voor het bombardement Adrianus Mak was uitgekocht, Van Engers had de firma in 1936 verlaten, wat ook een grote financiele aderlating was voor het gezin Van Engers die hun riante huis op de Avenue Concordia 50b moest verruilen voor een kleinere woning. Het bedrijf Van Engers was nu volledig Joods geworden en een doelwit van de bezetter. Een aantal zaken speelden dus een rol bij de naamswijziging.

Van Baren en zijn gezin werd opgepakt en belandde in doorgangskamp Westerbork. In advertenties verdween ook de naam van Van Baren, het was nu simpel: Meubelfabriek De Vaan.
Van Baren en zijn gezin overleefden op wonderbaarlijke wijze de oorlog en Benedictus nam in 1945 de leiding van de zaak weer op zich. Er werd nog steeds niet gewerkt op de sabbat, alleen heette het nu anders: het bedrijf afficheerde zich nu – vijftien jaar voor de rest van Nederland – met het bezit van ‘een vijfdaagse werkweek’…

verder
Petronella Sippora van Baren-Hamburger werd in Westerbork ziek en er werd borstkanker geconstateerd. Ze werd behandeld in het ziekenhuis in Westerbork, maar de zorg die ze nodig had was niet adequaat. Ze werd in 1953 opgenomen in het CIZ-ziekenhuis in Amsterdam, waar ze overleed. Ben van Baren overleed in 1960 op station Rotterdam Noord en Petronella en Benedictus zijn naast elkaar begraven in de geboorteplaats van Benedictus, Assen. Het overlijden van Ben had overigens met de oorlog te maken; hij was in 1960 nog steeds voorzitter van de Centrale Bond van Meubelfabrikanten. In die hoedanigheid werd hij geacht een beurs bij te wonen in Keulen. Om naar Duitsland te moeten reizen leverde bij Ben veel spanningen op. De minister van Economisch Zaken (of diens secretaris-generaal) belde hem op met het dringende verzoek om in het belang van ’s lands economie toch naar Duitsland af te reizen en op de beurs aanwezig te zijn.
Ben vertrok vanaf de Grindweg naar Station Rotterdam-Noord om per trein naar Duitsland te gaan. Zijn dochter Jetty bracht hem met de auto, zette hem af voor het station en ging terug naar huis. Daar aangekomen wachtte een telefoontje. Ben had op Station Rotterdam-Noord een hartaanval gekregen en was ter plekke gestorven.

Benedictus was tot zijn overlijden werkgeversvoorzitter meubelindustrie. Zijn fabriek leverde aan de rijksoverheid, postkantoren, maar ook het Rijksmuseum. Verzorgde daarnaast het houtinterieur voor synagogen te Enschede, Rotterdam (onder andere de vooroorlogse Walenburgerweg buurtsynagoge Hamerkaz; naoorlogse synagoge), De Carpentierstraat Den Haag (vooroorlogs); Amsterdam Jacob Obrechtstraat (naoorlogse herinrichting).
Benedictus was met het gezin toegelaten tot de Barneveldlijst (was daar via vriendin van zijn vrouw, Clara Rosa Cohen – secretaresse van Min. van Boeyen van Binnenlandse Zaken – op terecht gekomen).

Arnold van Engers
Arnold van Engers was gemengd gehuwd en overleefde daardoor de oorlog. Arnold van Engers (Rotterdam, 4 september 1885),  Joods, trouwde met Geertruida van den Berg (Yerseke, 21 juni 1898) op 29 augustus 1928. Geertruida was Nederlands Hervormd. Zij kregen twee zonen; Max (Rotterdam, 1 juli 1929) en Rudolf (Rotterdam, 26 oktober 1931). Toen de kinderen geboren werden woonde het gezin op de Avenue Concordia 50a, in 1936 verhuisden ze naar 60b en op 30 september 1937 naar 46b. In mei 1940 werd dat huis bij het bombardement van Rotterdam verwoest.

 

bron:
Mast, Chris, Meubelfabriek blaast De Vaan nieuw leven in, in Dichtbij , 2 juli 2013 (geraadpleegd 26 januari 2016)
Stadsarchief Rotterdam, digitale stamboom, gezinskaart Benedictus van Baren
ibidem, gezinskaart Arnold Engers
De naamlooze vennootschap; Maandblad voor den ondernemingsvorm en het bedrijfswezen n Nederland en Nederlands Indië jrg 9, 1930/1931, no 5, 15-08-1930. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2016, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=dts:2418006:mpeg21
Joods Biografisch Woordenboek, lemma Benedictus van Baren, (geraadpleegd 26 jan 2015)
www.joodsmonument.nl, lemma I B Kolthoff en M B Kolthoff (geraadpleegd 18 mei 2016)
“EEN NIEUW MODEL SCHOOLBANK.”. “Algemeen Handelsblad“. Amsterdam, 01-06-1927. Geraadpleegd op Delpher op 15-05-2016, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010658193:mpeg21:a0199
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart familie Mak,
Mak, Constant, e-mail 14 mei 2016 met aanvullingen.
Vis, Ruben, e-mail 15 mei 2016 met aanvullingen
Engers, Rudolf, brieven met aanvullingen september 2017

Illustraties:
prentbriefkaart Oostzeedijk. 1e straat links de Schoutenstraat, beeldbank stadsarchief Rotterdam, 4029_PBK-5218
“EEN NIEUW MODEL SCHOOLBANK.”. “Algemeen Handelsblad“. Amsterdam, 01-06-1927. Geraadpleegd op Delpher op 15-05-2016, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010658193:mpeg21:a0199

gepubliceerd:
27 februari 2016

Laatst bijgewerkt:
7 september 2022

met dank aan R. Engers, Constant Mak en Ruben Vis.