Levi de Hartog wordt eenmaal in politiedossiers genoemd. Niet omdat hij iets had gedaan wat niet door de beugel kon, maar omdat Levi de opzichter was van de Joodse begraafplaats aan het Toepad in april 1942. Hij werd toen op de begraafplaats bedreigd door drie Duitse matrozen die daar vernielingen hadden aangericht. Ze dreigden de volgende avond terug te komen. De politie werd gewaarschuwd en er is niets bekend over de avond erna.
Levi werd geboren in Rotterdam op 20 juli 1900 en hij trouwde op 5 augustus 1925 met Rosette Koster (Haarlem, 27 december 1901 – Rotterdam, 6 april 1978). Levi en Rosette kregen 5 kinderen, Johanna (1926), Geertruida (1927), Izaak (1929), Salomon (1933) en Esther (1936). Op de archiefkaart staat Levi als handelsreiziger geregistreerd en vanaf 1934 woonden ze op de Sint Mariastraat 23b, vanaf 1931 op 23a en vanaf april 1934 op 43b. De Sint Mariastraat is een straat in het Oude Westen, de huizen aan de oneven kant, de kant van het gezin De Hartog, zijn gesloopt en vervangen door moderne appartementen. Het gezin De Hartog overleefde in zijn geheel de sjoa. Levi overleed op 16 mei 1990 in Rotterdam
bron:
facebookgroep Rotterdam 1940 – 1945, bericht M Laarman
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Levi de Hartog
“Advertentie”. “Rotterdamsch nieuwsblad”. Rotterdam, 07-07-1930. Geraadpleegd op Delpher op 27-06-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011002160:mpeg21:a0051
illustraties:
“Advertentie”. “Rotterdamsch nieuwsblad”. Rotterdam, 07-07-1930. Geraadpleegd op Delpher op 27-06-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011002160:mpeg21:a0051
laatst bijgewerkt:
11 september 2019