Leon Greenman, an Englishman in…..Auschwitz

greenmanleonEen bijzonder verhaal met een grote connectie met Rotterdam én een Brit die zijn leven wijdde aan de strijd tegen het fascisme en de voorlichting over Hitler-Duitsland. Een verhaal minder bekend in Nederland maar wel een verhaal dat een plaats verdiend op deze site.

Leon werd geboren in het East End van Londen, in Whitechapel, op 18 december 1910. In dat deel van Londen woonden destijds veel Joden. De familie van Leons moeders kant kwam uit Rusland en zijn moeder, Clara Morris, overleed toen Leon twee jaar oud was. Zijn vader was Barend Groenteman (Barnett Greenman, Londen, 10 januari 1876).
Op vijfjarige leeftijd ging Leon naar Rotterdam naar de Nederlandse ouders van zijn vader, Jesaia Groenteman (Amsterdam, 19 april 1834) en Datje van Wijnbergen (Utrecht, 10 oktober 1834).
Hij groeide in Rotterdam op en woonde in de eerste tijd op de Helmersstraat 22b.
Leon ging op boksen in Rotterdam en keerde terug naar Londen waar hij kapper werd. Zijn vader was, 45 jaar oud, hertrouwd met Franziska Schinofski, 26 jaar oud, op 4 januari 1922. De tijd dat Leon bij zijn vader en stiefmoeder woont, is voor hem geen gelukkige tijd.

Leon wordt in 1930 lid van een zangvereniging en komt daar zijn latere vrouw, Esther (Else) van Dam (Rotterdam, 23 februari 1910) tegen en ze trouwen in 1935. Esther is de dochter van Calma van Dam (Dordrecht, – Sobibor, ) en Esther Fransman (Rotterdam, 29 mei 1887). De vader was Esther is boekhandelaar in Rotterdam en ze keren terug naar de Maasstad waar Leon bij zijn schoonvader in het bedrijf gaat werken. Ondanks dat hij voor de oorlog twijfelt tussen Nederland en Groot Brittannië besluit hij in Nederland te blijven.

Op 17 maart 1940 krijgen Leon en Else hun zoon Barnett (vernoemd naar Leons vader) die doorgaans Barney genoemd werd. Twee maanden later werd Rotterdam gebombardeerd en Nederland bezet. Het gezin woonde toen op de Harddraverstraat 18b, nabij het huidige Centraal Station.

Leon had verwacht dat hij als Brit, zelfs als onderdaan van een vijandige mogendheid, bescherming genoot volgens de Geneefse Conventie. Hij gaf geld en zijn paspoort aan een niet-Joodse vriend in bewaring. Deze vriend werd bang dat de nazi’s hem zouden verdenken van het helpen van een Jood en hij vernietigde het Britse paspoort.

Op 8 oktober 1942 werden Leon, Else en Barney opgehaald met een autobus en hij werd naar Westerbork gestuurd. In Westerbork verbleven ze vier maanden. Al die tijd probeerde Leon het bewijs te verkrijgen dat hij Brits onderdaan was. In januari 1943 ging het gezin op transport, kort erna arriveerde het bewijs in Westerbork.

Drie dagen na het vertrek uit Westerbork kwam het gezin in Auschwitz-Birkenau aan. De sneeuw rond de stopplaats van de trein lag vol met koffers van het voorgaande transport. De selectie volgde en op 1 februari werden Else en Barney vermoord, vijftig mannen waaronder Leon werden geselecteerd om te werken. Leon werd getatoeëerd en kreeg nummer 98288 en moest werken. Zes weken later overleefde hij de volgende selectie en deed in Auschwitz verschillende zaken – waaronder kapper – en ‘s-avonds zingen voor de nazi’s. Hij was een kleine man, 1,58 m, maar wel goed getraind en dat ervoor zorgde dat hij kon overleven. En hij beloofde G’d dat hij zou overleven en iedereen over de kampen zou vertellen.

In september 1943 werd Leon overgebracht naar Monowitz (Auschwitz III) waar hij medische experimenten onderging. In januari 1945 werd het kamp geëvacueerd en Leon ging op een 90 km lange dodenmars naar Gleiwitz, en vanaf daar in open veewagens naar Buchenwald. Toen hij daar aankwam was de bewaking al gevlucht en kort erna werd het kamp bevrijd door het Amerikaanse derde leger. Van de 700 mensen in het transport uit Westerbork overleefden slecht twee mensen de kampen, waarvan Leon er één is.
Leon ging terug naar Rotterdam en vertrok naar Groot-Brittannië in november 1945. Hij neemt veel herinneringen mee aan de gevangenschap, zoals de kampkleding, maar ook veel andere persoonlijke zaken. Hij gaat in Ilford wonen en werkt als marktkoopman; hij hertrouwde nooit.

In 1962 hoort hij op Trafalgar Square de Nationaal Socialisten spreken. Hij is er ontzet over en Leon besluit zijn verhaal te gaan vertellen aan iedereen die het wil horen. Hij bezoekt scholen, vertelt zijn verhaal, laat zijn getatoeëerde nummer zien. Het Joods Museum in Finchley (nu in het London Jewish Museum) richt in 1995 een permanente tentoonstelling in over zijn leven met de spullen die hij meenam uit Auschwitz en Rotterdam. Hij werd een bekend strijder tegen het fascisme en ontving verschillende bedreigingen uit rechts-extremistische hoek, waar hij zich niet door laat afschrikken.

Op 7 maart 2008 , 97 jaar oud, overleed Leon Greenman en hij werd begraven op de East Ham cemetery in Londen naast zijn vader.

 

 

bron:
wikipedia,
NCRV documentaire,
joodsmonument.nl,
gemeentearchief Rotterdam.
Stadsarchief Rotterdam, Datje van Wijnbergen, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 851-162, pagina 171914
Stadsarchief Rotterdam, Calma van Dam, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 851-092, pagina 97730

gepubliceerd:
2 maart 2016

laatst bijgewerkt:
11 september 2022