Een overzicht van de bewoners van de Helmersstraat in 1939, kort voor het bombardement. Zo’n 90% van de bewoners van deze straat was Joods. Van een aantal van hen is bekend hoe het hen is vergaan. Deze pagina wordt aangevuld zodra er verdere informatie beschikbaar is.
Helmersstraat 1b – weduwe J. de Boer – Hense, Naatje Fresco, weduwe S. Godschalk – Viool, Pieternella. C. J. Groen, J. Overbeeke, Te. J. Smit Koopvrouw in fruit Naatje Fresco woonde op dit adres en werd in Rotterdam geboren op 18 augustus 1880, ze werd vermoord in Auschwitz op . Waarschijnlijk woonde haar oudere broer Jonas Jacob (Rotterdam, – Auschwitz, ) een tijd bij haar.
Sientje Godschalk-Viool werd geboren in Rotterdam op 27 maart 1877 en vermoord in Auschwitz op 19 oktober 1942.
De katholieke Pieternella Catharina Johanna Groen (Culemborg, 10 april 1899) woonde eveneens op dit adres.
Helmersstraat 3a – J. T. van Bilsen – van Geerenstein, weduwe L. van der Maas – Andriesse Johanna Theresia van Geerenstein was niet Joods en geboren in 1862 in Overschie. Ze trouwde met Johannus Wilhelmus van Bilsen (Rotterdam, 5 november 1863 – Delft, 17 november 1929). Het echtpaar had vier kinderen. Louisa van der Maas – Andriesse werd geboren in Den Bosch op 23 maart 1868 en vermoord in Auschwitz op 19 oktober 1942.
Helmersstraat 4b – B. J. Huls, B. Kreiser-Clauss, H. Vijfvinkel Bertha Kreiser-Clauss werd op 5 juli 1893 in Dillweisenstein geboren. De gereformeerde Hendrik Vijfvinkel werd op 30 december 1895 in Klaaswaal geboren en was gehuwd met Maria Pegels (Klaaswaal, 11 november 1894). Bernard Johannes Huls werd op 24 februari 1893 in Bergh geboren.
Helmersstraat 5a – A. Goudeketting Abraham Goudeketting werd op 16 september 1892 in Amsterdam geboren en scheidde in 1927 van Bloeme van Sister (Amsterdam, 7 oktober 1896). Zij hadden twee kinderen, Mietje (Amsterdam, 7 november 1914 – Sobibor, ) en Leendert (Amsterdam, 20 december 1916). Abraham woonde in 1942 op de Tweebosstraat 26 in Rotterdam en werd vermoord in Auschwitz op
Helmersstraat 5b – J. I. Kohen Naaister Josephina Israëlina Kohen was een dochter van Jacob Kohen en Dina Wertheim. Ze werd geboren in Heerde op 8 april 1873 en vermoord in Auschwitz op 15 oktober 1942.
Helmersstraat 6a– J. I. van der Sluis Waarschijnlijk was dit loswerkman en koopman Jacob Israël van der Sluis (Middelburg, 29 januari 1900 – Auschwitz, ). Hij was gehuwd met Hendrijntje Knap (Rotterdam, 20 juli 1897 – Auschwitz, ) en zij hadden twee kinderen, Sara (Rotterdam, 23 december 1921 – Auschwitz, ) en naaister Margaretha (Rotterdam, 20 januari 1925 – Auschwitz, ). Na het bombardement woonde het gezin op de Agniesestraat 38b.
Helmersstraat 6b– A. P. W. Schroeter, J. W. Schröter, J. W. Vink, A. Vrolijk. Johan Willem Schröter werd in Rotterdam geboren op 16 april 1903 en had geen nationaliteit. Hij was in 1934 gehuwd met Jansje Schroeter (Rotterdam, 12 november 1898). Jansje had al een dochter, Egberdina (Rotterdam, 4 mei 1931) en zij kreeg met Johan Willem nog twee kinderen, Jan Willem (Rotterdam, 28 april 1933) en Albert Paul Wilhelm (Rotterdam, 27 april 1934). Het gezin was niet Joods.
Helmersstraat 6c– J. van der Spek
Helmersstraat 7a – S. Achttienribben Simon Achttienribben was chauffeur en perser van beroep en werd in Amsterdam geboren op 13 juli 1914. Op 18 augustus 1937 trouwde hij met Mietje Dagloonder, geboren in Rotterdam op 12 augustus 1919. Op 11 januari 1938 kregen zij hun dochter Sara. Vlak voor de oorlog verhuisden ze naar Helmersstraat 17b en na het bombardement naar de Korte Keizerstraat 4-3 in Amsterdam. Simon werd vermoord in Mauthausen op
Helmersstraat 7b – J. A. Brandel Hier woonde Jetta Brandel vanaf maart 1936. Zij was winkelierster en werd in Rotterdam geboren op 28 maart 1861. Jetta verhuisde naar het Oudeliedengesticht op de Claes de Vrieselaan en overleed daar op 12 april 1941.
Helmersstraat 8a – I. Barendse Dit was Isaac Barendse (Vlissingen, 7 maart 1870 – Auschwitz, 5 oktober 1942). Hij was gehuwd met Leentje Park (Rotterdam, 26 december 1872 – Auschwitz, 5 oktober 1942) en zij hadden zeker elf kinderen. Eén van de kinderen overleefde de oorlog.
Helmersstraat 8b– weduwe L. den Arend- Van Vlies, F. J. Braun, S. de Wolf, weduwe A. van Zanten-Droomer. Leentje den Arend-Van Vlies woonde na het bombardement bij haar dochter in Den Bosch. Ze werd geboren in Rotterdam op 12 januari 1870 en vermoord in Sobibor op 14 mei 1943. Annetje Droomer werd geboren in Sommelsdijk op 11 maart 1860. Ze was getrouwd met Juda van Zanten en had een in ieder geval vier kinderen; Nathan, Abraham, Joseph en Mietje. Ze stierf in Rotterdam op 18 januari 1941 en is begraven op de Joodse begraafplaats.
Helmersstraat 8c – J. J. van Lankeren Joseph Johannes van Lankeren was een Rooms-katholieke koopman in onroerende goederen. Hij werd op 25 september 1901 in Rotterdam geboren en was gehuwd met Catharina Maria Hendriks (Rotterdam, 16 april 1904).
Helmersstraat 9c – J. D. H. Baan, I. Drielsma, S. Piller.
De Nederlands-hervormde Johann Diederich Heinrich Baan werd in Rotterdam geboren op 11 juni 1892 en was gehuwd met Cornelia Nieuwpoort (Charlois, 10 juni 1894). Izak Drielsma had verschillende beroepen. Hij is geregistreerd als winkelbediende, maar ook als kelner. Hij was een echte bewoner van de buurt, woonde eerst op de Oppert en later op een vrij onbekende straat in Rotterdam, de Fonteijnsteeg (Fonteinsteeg). Izak werd in Rotterdam geboren op 5 maart 1876 en trouwde in 1904 met Hanna van Arend (Rotterdam, 24 september 1878). Ze hadden vier kinderen, Wolf (Rotterdam, 20 februari 1906 – Auschwitz, 28 februari 1943), Hester (Rotterdam, 1 september 1909 – Sobibor, 21 mei 1943), Sara (Rotterdam, 17 augustus 1911 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en Nathan Emanuel (Rotterdam, 12 april 1915 – Midden-Europa, 31 maart 1944).
Na het bombardement gingen Izak en Hanna naar de Nieuwe Binnenweg 297a, waar ze bij hun zoon Wolf inwoonden. Izak en Hanna werden vermoord in Auschwitz op 7 september 1942. Salomon Piller was koopman en werd geboren op 29 juli 1895 in Amsterdam en vermoord in Midden-Europa op 31 maart 1944. Volgens de archiefkaart is hij op 17 december 1938 gehuwd, met wie staat er niet vermeld.
Helmersstraat 9e– H. Dagloonder Hartog Dagloonder was een koopman in fruit en werd in Rotterdam geboren op 28 januari 1914. Hij was gehuwd met Mariana de Wolf (Rotterdam, 3 maart 1913 – Sobibor, 28 mei 1943) en zij hadden een dochter Esther (Rotterdam, 24 oktober 1935 – Sobibor, 28 mei 1943). Hartog werd vermoord in Mauthausen op 2 september 1941.
Helmersstraat 10a – I. Iebershof
Helmersstraat 10b – M. Fresco, L. Wolf Meijer Fresco (Rotterdam, 20 juni 1868 – Rotterdam, 4 januari 1939) was loswerkman en in 1896 gehuwd met Hester van der Stam (Rotterdam, 21 augustus 1876 – Rotterdam, 27 oktober 1922). Zij hadden zeven kinderen, Jacob (Rotterdam, 23 november 1896), Johanna (Rotterdam, 20 december 1898), Sara (Rotterdam, 11 januari 1901), David (Rotterdam, 1 oktober 1903), Abraham (Rotterdam, 6 februari 1906), Sophie (Rotterdam, 4 september 1910) en Jonas (Rotterdam, 19 april 1913 – Auschwitz, 30 september 1942). Ludovicus Wolf (Antwerpen, 17 december 1880 – Auschwitz, 26 oktober 1942) was koopman in fruit en gehuwd met Rebecca van West (Amsterdam, 11 februari 1885 – Auschwitz, 26 oktober 1942). Zij hadden tien kinderen: Martinus (Rotterdam, 28 juni 1915 – onbekend, 2 mei 1945), Jacob (Rotterdam, 24 juli 1908), Bernard (Rotterdam, 30 december 1909 – Duitsland, 30 april 1945), Greta (Rotterdam, 23 april 1912), Veronica (Rotterdam, 16 mei 1913), Martinus (Rotterdam, 28 juni 1915), Greetje (9 september 1917 – Den Haag , 1 november 1983), Arie (Rotterdam, 2 januari 1922 – Mauthausen, 12 oktober 1942) en Roosje (Rotterdam, 5 januari 1928 – Auschwitz, 31 december 1942). Twee kinderen overleefden de oorlog.
Helmerstraat 11a – Mozes Koster, Ies Querido Pakhuisknecht en koopman Mozes Koster (Rotterdam, 27 juli 1900 – Auschwitz, 28 januari 1943) gehuwd met Saartje Lagrand (Rotterdam, 4 februari 1901 – Sobibor, 23 april 1943). Zij hadden de volgende kinderen: Aaltje (Rotterdam, 3 juli 1921 – Auschwitz, 30 september 1942), Mozes (Rotterdam, 19 september 1922 – Sobibor, 28 mei 1943), Barend (Rotterdam, 2 maart 1925 – Auschwitz, 30 september 1942), Levie (Rotterdam, 30 april 1926 – Sobibor, 23 april 1943) en Izaak (Rotterdam, 4 oktober 1932 – Sobibor, 23 april 1943). Na het bombardement woonde het gezin op de Vlaggemanstraat 36a. De gezinskaart is een beetje onduidelijk, maar waarschijnlijk was woonde Isaac Querido (Rotterdam, 18 december 1900) op dit adres. Hij was de de kleinzoon van fruithandelaar Isaac Querido (Rotterdam, 5 januari 1851 – Rotterdam, 10 februari 1915) en Grietje van der Sluis (Rotterdam, 17 maart 1847 – Rotterdam, 31 maart 1937) en een zoon van Rosetta Querido (Rotterdam, 29 juli 1879 – Auschwitz, 11 december 1942). Rosetta huwde met David Ossendrijver (Rotterdam, 27 oktober 1874 – Auschwitz, 11 december 1942) op 11 oktober 1905 waardoor de geboortenaam van Isaac Querido werd. Later werd hij geëcht door zijn vader en werd de naam aangepast naar Ossendrijver. Isaac overleed op 13 juni 1958 in Den Haag en was hotelkok.
Helmersstraat 11b– Pieter ’t Mannetje Wagenverhuurder Pieter ’t Mannetje (Goedereede, 31 december 1908) woonde op dit adres en was gehuwd met Maria Magdalena Schermer (Rotterdam, 19 februari 1905). Waarschijnlijk staat dit adres op een bijzondere groepsfoto.
Helmersstraat 13b – H. Droomer, Mw. S. de Winter-Mug. Groentekoopman en opzichter Hartog Droomer (Rotterdam, 4 februari 1916 – Auschwitz, 30 april 1943) was gehuwd met Elizabeth Boekbinder (Rotterdam, 14 september 1916 – Auschwitz, 19 februari 1943) en zij hadden drie kinderen; Anna (Rotterdam, 5 juni 1936 – Auschwitz, 19 februari 1943), Wolf (Rotterdam, 14 oktober 1938 – Auschwitz, 19 februari 1943) en Levie (Rotterdam, 2 mei 1941 – Auschwitz, 19 februari 1943). Na het bombardement woonde het gezin op de Doornstraat 9. Schoontje Mug was weduwe van Michiel de Winter. Ze was geboren in Rotterdam op 5 januari 1874 en stierf in Rotterdam op 27 december 1940. Ze is begraven op de Joodse begraafplaats. Schoontje had minstens drie kinderen.
Helmersstraat 14 – café-restaurant Kolthoff
In 1921 was op dit adres café-restaurant I Kolthoff gevestigd. De eigenaren waren Israël Kolthoff (Hoogeveen, 9 november 1865 – Auschwitz, 14 januari 1943) en zijn vrouw Eva Schepp (Maastricht, 13 oktober 1866 – Rotterdam, 13 maart 1919). Zij kregen onder andere een zoon Simon (Rotterdam, 5 maart 1898 – Sobibor, 11 juni 1943). Simon was gehuwd met Helena Roosje Hakkert (Vreeswijk, 22 januari 1896 – Sobibor, 11 juni 1943).
Helmersstraat 14 – L. van Stedum Hier woonde ORT (banket)bakker Lodewijk van Stedum (Amersfoort, 13 april 1892 – Sobibor, 9 juli 1943). Hij was gehuwd met Hendrika Meijer (Gorinchem, 16 januari 1890 – Sobibor, 9 juli 1943) en zij hadden vier kinderen; Mozes (Amsterdam, 29 november 1916 – Sobibor, 9 juli 1943), Elisabeth (Amsterdam, 18 december 1917 – Auschwitz, 1 januari 1944), Johanna (Amsterdam, 2 januari 1919 – Sobibor, 9 juli 1943) en Meijer Lodewijk (Amsterdam, 10 augustus 1925 – Sobibor, 9 juli 1943). Ten tijde van de oorlog woonde het gezin op de Burgemeester Meineszlaan 38b. Waarschijnlijk is het Lodewijk en zijn gezin die op de foto’s op deze pagina staan.
Helmersstraat 15– weduwe M. Boekbinder- van Bever, J. Godschalk, M. Koster Mathilda Boekbinder- van Bever werd geboren in Rotterdam op 28 november 1874 en vermoord in Auschwitz op 14 januari 1943.
Fruitbewerker Jacob Godschalk (Rotterdam, 29 mei 1905 – Auschwitz, 30 september 1942) was gehuwd met Truitje Bobbe (Rotterdam, 26 mei 1907 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en hadden vier kinderen, Joseph (Rotterdam, 29 mei 1930), Joël (Rotterdam, 28 december 1931), Jansje (Rotterdam, 9 september 1933 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en Rebecca (Rotterdam, 10 mei 1941 – Auschwitz, 5 augustus 1942). Na het bombardement woonde het gezin op de Anna Paulownastraat 56b. Michiel Koster (Rotterdam, 7 juni 1912 – Auschwitz, 30 september 1942) was gehuwd met Hanna van Ploeg (Rotterdam, 7 februari 1913 – Auschwitz, 9 augustus 1942) en zij hadden drie kinderen; David Simon (Rotterdam, 2 september 1932 – Auschwitz, 9 augustus 1942), Barend (Rotterdam, 20 juli 1934 – Auschwitz, 9 augustus 1942) en Mathilda (Rotterdam, 24 september 1936 – Auschwitz, 9 augustus 1942). Mathilda was doof en ging in Rotterdam naar de dovenschool. Na het bombardement woonde het gezin op het Burgemeester Hoffmanplein 67a.
Helmersstraat 16a– E. Dagloonder Ephraim Dagloonder was voddenkoopman. Hij werd geboren in Amsterdam op 22 juni 1893 en huwde in 1917 met Naatje Godschalk (Amsterdam, 20 juni 1891 – Auschwitz, 26 januari 1943). Zij hadden zeker negen kinderen. Ephraim werd vermoord in Auschwitz op 26 januari 1943.
Helmersstraat 16b – J. van Bever, M. E. Ossendrijver, S. Velleman, S. Velt
Lompenhandelaar Jacob van Bever (Rotterdam, 14 december 1878 – Auschwitz, 15 oktober 1942) woonde op dit adres met zijn vrouw Aaltje Sanders (Arnhem, 15 april 1883 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en hun kinderen Elias Simon (Rotterdam, 12 april 1902 – Auschwitz, 26 januari 1943), Sibilla (Rotterdam, 24 augustus 1903 – Auschwitz, 30 september 1942), Elizabeth (Rotterdam, 9 augustus 1905), Jozeph (Rotterdam, 20 december 1907 – Auschwitz, 30 september 1942), Salomon (Rotterdam, 3 april 1910 – Rotterdam, 20 juli 1910), Levie (Rotterdam, 31 december 1911 – Rotterdam, 3 september 1919), Alexander (Rotterdam, 30 juni 1915 – Alkmaar, 7 april 2001), Esther (Rotterdam, 8 maart 1919 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en Saartje (Rotterdam, 6 juni 1923 – Auschwitz, 30 september 1942). Na het bombardement woonde het gezin op de Scheveningschestraat 32. Mozes Eliazar Ossendrijver (Rotterdam, 8 april 1862 – Rotterdam, 20 juli 1942) was pakhuisknecht en hij trouwde op 23 augustus 1882 met Antje Sanders (Rotterdam, 14 september 1862 – Auschwitz, 15 oktober 1942). Antje was koopvrouw in groenten. Zij kregen de volgende twaalf kinderen: Levie (Rotterdam, 13 oktober 1882 – Auschwitz, 30 september 1942), Naatje (Rotterdam, 26 november 1884 – Sobibor, 23 april 1943), Leendert (Rotterdam, 25 juli 1886 – Auschwitz, 30 september 1942), Jacob (Rotterdam, 13 oktober 1888 – Auschwitz, 30 september 1942), Esther (Rotterdam, 1 mei 1891 – Rotterdam, 22 augustus 1941), Mietje (Rotterdam, 9 januari 1893), Izaak (Rotterdam, 26 oktober 1894 – Auschwitz, 30 september 1942), Judik (Rotterdam, 8 september 1896 – Auschwitz, 30 september 1942), Coenraad (Rotterdam, 23 juli 1898 – Rotterdam, 12 januari 1971), Sientje (Rotterdam, 12 april 1900), Roosje (Rotterdam, 19 februari 1902 – Auschwitz, 12 oktober 1942) en Sara (Rotterdam, 19 september 1904 – Auschwitz, 30 september 1942).
Muzikant en koopman Simon Velt (Rotterdam, 18 juli 1883 – Auschwitz, 2 november 1942) was gehuwd met Isabella Barendse (Rotterdam, 21 maart 1879 – Sobibor, 5 maart 1943). Na het bombardement woonden Simon en Isabella op de Nieuwe Kerkstraat 117hs in Amsterdam.
Helmersstraat 16c – I. Snoek Fruitwerker en schoenmaker Isaac Snoek (Amsterdam, 20 mei 1885 – Auschwitz, 5 november 1942) woonde hier met zijn vrouw Rachel Pijpeman (Arnhem, 13 november 1880 – Auschwitz, 1 februari 1943).
Helmersstraat 17a – A. de Winter Scheepsknecht Abram de Winter (Rotterdam, 26 oktober 1901 – Auschwitz, 28 februari 1943) woonde hier met zijn vrouw Catharina Davids (Rotterdam, 6 september 1903 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en hun dochter Schoontje (Rotterdam, 28 juli 1930 – Auschwitz, 15 oktober 1942).
Helmersstraat 17b – J. Blom, M. Bobbe, A. Braasem Straatkoopman Joseph Blom (Rotterdam, 18 mei 1908 – Auschwitz, 30 september 1942) was gehuwd met Fransje Blok (Rotterdam, 23 mei 1912 – Auschwitz, 30 september 1942).Na het bombardement vonden Joseph en Fransje onderdak op de Vlaggemanstraat 36a te Rotterdam. Fruitwerker Meijer Bobbe (Rotterdam, 23 september 1913 – Auschwitz, 30 september 1942) trouwde in februari 1936 met coupeuse Frouktje van Hasselt (Utrecht, 21 december 1915 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en zij kregen een zoon Joël (Rotterdam, 1 december 1936 – vermoedelijk Auschwitz, 5 augustus 1942) en een zoon Asscher Lazarus (Rotterdam, 2 oktober 1940 – Auschwitz, 5 augustus 1942). Na het bombardement woonde dit gezin op de Josephlaan 51b te Rotterdam. Chauffeur/kolensjouwer Asser Braasem (Amsterdam, 27 augustus 1909 – Mauthausen, 26 april 1942) was gehuwd met Sara Ensel (Amsterdam, 25 januari 1910 – Auschwitz, 8 oktober 1942) en zij hadden drie kinderen, Samuel (Amsterdam, 14 mei 1933 – Auschwitz, 8 oktober 1942), Clara (Amsterdam, 17 maart 1936 – Auschwitz, 8 oktober 1942) en Johanna (Rotterdam, 23 december 1938 – Amsterdam, 4 juni 1940). Na het bombardement ging het gezin naar de Blasiusstraat 96-2 te Amsterdam.
Helmersstraat 17c – L. Davids Bootwerker Louis Davids (niet de artiest!) (Rotterdam, 31 augustus 1874 – Sobibor, 20 maart 1943) was gehuwd met Jetje Moscoviter (Rotterdam, 24 juli 1878 – Sobibor, 20 maart 1943) en zij hadden de volgende kinderen: Catharina (Rotterdam, 11 september 1903 – Auschwitz, 15 oktober 1942), Rachel (Rotterdam, 21 januari 1905 – Auschwitz, 26 oktober 1942), Rebekka (Rotterdam, 5 juli 1907 – Rotterdam, 11 december 1907), Sientje (Rotterdam, 10 september 1909 – Rotterdam, 10 oktober 1909), Alida (Rotterdam, 11 mei 1911), Leendert (Rotterdam, 26 juni 1914 – Auschwitz, 30 september 1942), Isaac (Rotterdam, 2 oktober 1915 – Theresienstadt, 8 mei 1945) en Joseph (Rotterdam, 2 oktober 1915 – 1986).
Helmersstraat 18a – I. Tas Isaac Tas (Amsterdam, 13 augustus 1920 – Midden-Europa, 31 maart 1944) woonde op dit adres. Isaac was koopman en woonde na het bombardement in Den Haag.
Helmersstraat 18b – J. van Arend, Ph. Dagloonder, S. Sluijter, A. van Wien Groentekoopman en in 1921 koopman in almanakken Jacob van Arend (Rotterdam, 10 januari 1866) was gehuwd met Betje Elsas (Dordrecht, 9 juni 1869) en zij hadden de volgende kinderen: Hesther (Rotterdam, 31 oktober 1891), Jacob (Rotterdam, 17 juni 1893), Levie (Rotterdam, 30 september 1896), Mozes (Rotterdam, 2 augustus 1898), Wolf (Rotterdam, 23 juli 1900), Leentje (Rotterdam, 22 juli 1902), Hester (Rotterdam, 12 november 1904), Grietje (Rotterdam, 19 september 1907), Nathan (Rotterdam, 19 januari 1909) en Mozes (Rotterdam, 8 april 1910).
Koopman in fruit Philip Dagloonder (Amsterdam, 21 mei 1901) was gehuwd met Elizabeth Trijtel (Rotterdam, 21 april 1905 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en zij hadden de volgende kinderen: Eva (Rotterdam, 6 mei 1928 – Auschwitz, 5 augustus 1942), Abraham (Rotterdam, 16 mei 1930 – Auschwitz, 5 augustus 1942), Jacob (Rotterdam, 29 maart 1934 – Auschwitz, 5 augustus 1942), Joseph (Rotterdam, 25 februari 1938 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en Mirjam (Rotterdam, 18 augustus 1940 – Auschwitz, 5 augustus 1942). In 1942 woonde het gezin op de Zijdewindestraat 84a te Rotterdam.
Helmersstraat 18c – L. Fuld. Louis Fuld werd op 1 februari 1882 in Den Haag geboren en was gehuwd met Jeannette de Winter (Druten, 1 januari 1886 – Den Haag, 30 januari 1941). Louis was koopman van beroep en zij hadden zeker tien kinderen. Een van de kinderen was Lazarus (Leo) Fuld (Rotterdam, 29 oktober 1912), de beroemde zanger van het Jiddische lied. Louis Fuld werd vermoord in Auschwitz op 22 oktober 1942.
Helmersstraat 20b – H. Witting Kelner Herman Witting (Utrecht, 21 september 1914) was gehuwd met de Joodse Suzanna Rosalia de Wolf (Rotterdam, 26 oktober 1915 – Sobibor, 21 mei 1943). Het huwelijk eindigde in 1939 in een echtscheiding. Suzanna ging op de West-Kruiskade 30 wonen en kreeg in 1943 een dochter Maria Helena Marianna (Rotterdam, 23 januari 1943 – Sobibor, 21 mei 1943).
Helmersstraat 21b – G. Cohen, A. van Dam, Da. Groenteman, A. Klip, C. E. Quist Gerrit Cohen (Rotterdam, 25 maart 1865 – Auschwitz, 19 oktober 1942) woonde op dit adres met zijn vrouw Sara Mug (Rotterdam, 3 december 1869 – Auschwitz, 19 oktober 1942) en zij waren de ouders van Sientje (Rotterdam, 28 oktober 1890), Jacob Levie (Rotterdam, 8 maart 1892), Joël (Rotterdam, 13 maart 1893), Jacob Levie (Rotterdam, 6 juni 1894 – Auschwitz, 30 september 1942), Levie Marcus (Rotterdam, 2 oktober 1896), Mietje (Rotterdam, 3 juni 1899 – Auschwitz, 24 september 1943 ), Johanna (Rotterdam, 19 januari 1902 – Auschwitz, 30 september 1942), Schoontje (Rotterdam, 7 november 1904 – Auschwitz, 26 februari 1943) en Elisabeth (Rotterdam, 7 maart 1908 – Auschwitz, 23 augustus 1942). Na het bombardement woonden Gerrit en Sara op de Schefferstraat 19a in Rotterdam. Dina Groenteman was pettenmaakster en woonde in op dit adres. Ze werd geboren op 4 augustus 1905 in Amsterdam en werd vermoord in Auschwitz op 30 september 1942. Na het bombardemt woonde Dina op de Schefferstraat 19a bij Gerrit, Sara en Johanna Cohen. De Nederlands-Hervormde loswerkman Cornelus Egidius Quist (Leiden, 22 juni 1879) woonde hier met zijn vrouw Elizabeth Johanna van Eck (Rotterdam, 3 juni 1884). Na het bombardement verhuisden zij naar de Busken Huetstraat 139a, waar ze inwoonden.
Helmersstraat 21c – A. J. van Rijn
Helmersstraat 22a – L. Posner Kapper Louis Posner (Rotterdam, 27 juli 1911 – Sobibor, 23 april 1943) woonde hier met zijn vrouw Catharina Pronkhorst (Amsterdam, 19 januari 1912 – Sobibor, 23 april 1943) en hun kinderen Abraham (Rotterdam, 3 januari 1934 – Sobibor, 23 april 1943), Sophia (Rotterdam, 21 augustus 1937 – Sobibor, 23 april 1943), Joseph (Rotterdam, 5 oktober 1940 – Sobibor, 23 april 1943) en Betsij (Rotterdam, 22 januari 1942 – Rotterdam, 22 januari 1942). Betsij heeft slechts zes uur geleefd, van 11 uur tot 17 uur. Na het bombardement woonde het gezin op de Herman Costerstraat 12b in Rotterdam.
Helmersstraat 22b – M. Theeboom, N. Trijtel, H.Waas, A. v Wien Mozes Theeboom (Rotterdam, 14 november 1905) was proviandvaarder in de haven van Rotterdam. Hij was gehuwd met de half-Joodse Elizabeth van Dijk (Rotterdam, 25 juli 1905) en zij hadden twee kinderen, Heintje (Rotterdam, 17 september 1925) en Rosetta (Rotterdam, 16 juli 1929). Het gezin kreeg een oproep om op transport te gaan, maar Mozes wist voor elkaar te krijgen dat ze niet gingen én de Jodenster niet meer hoefden te dragen vanwege de afkomst van moeder. Dat werkte argwaan om bij omwonenden en de SS viel het huis van het gezin binnen. Elizabeth en Rosetta werden meegenomen, vader en Heintje bleven achter. De SS komt terug om vader en Heintje op te halen en vader weet te ontsnappen. Via via komt hij uiteindelijk in Zwitserland terecht en overleefde de oorlog. Moeder werd vastgezet in de strafgevangenis in Scheveningen en Rosetta wordt vrijgelaten. Van Scheveningen wordt moeder naar Kamp Vught overgebracht. Moeder kreeg daar, waarschijnlijk door haar blonde haar en blauwe ogen, een baan in de keuken. Uiteindelijk komt moeder vrij. Na de bevrijding gaat vader naar Brussel en het gezin komt daar weer samen. Aan het einde van de jaren veertig emigreerde het gezin naar Australië. Nathan Trijtel (Rotterdam, 1 maart 1914 – Auschwitz, 30 september 1942) woonde op dit adres met zijn vrouw Rebekka van Hasselt (Meppel, 12 oktober 1913 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en zijn dochter Roosje (Rotterdam, 6 augustus 1933 – Auschwitz, 5 augustus 1942). Nathan was een zoon van Hartog Trijtel en van beroep eerst pakhuisknecht en later koopman en werkzaam in de fruithandel. Na het bombardement verhuisde het gezin naar de Bajonetstraat 55a.
Helmersstraat 22c – S. Trijtel Waarschijnlijk was dit de broer van Nathan van 22b, Samuel Trijtel. Hij werd geboren in Rotterdam op 5 juni 1923 en vermoord in Auschwitz op 30 september 1942. Van beroep was Samuel chauffeur en hulp in de fruithandel, waarschijnlijk in die van zijn broer.
Helmersstraat 23a– N. V. S. Zurel & Co
Helmersstraat 23b – L. van Dam, L. Mug, A. Willemsen, G. Willemsen Koopman Louis van Dam (Rotterdam, 11 mei 1873 – Auschwitz, 15 oktober 1942) was gehuwd met Klaartje Kloot (Arnhem, 14 november 1875 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en zij hadden de volgende kinderen: musicus en koopman Philip Louis van Dam (Arnhem, 20 juni 1898 – Auschwitz, 14 maart 1943), Matje (Rotterdam, 18 november 1899 – Auschwitz, 1 september 1942), draaier Mozes (Rotterdam, 30 december 1901 – Mauthausen, 8 november 1942), koopman Abraham (Rotterdam, 20 januari 1904 – Auschwitz, 30 september 1942), kleermaker Simon (Rotterdam, 5 maart 1906 – Auschwitz, 30 september 1942) en winkelier Leendert Louis (Rotterdam, 17 april 1908 – Auschwitz, 30 september 1942). In 1941 woonde het gezin op de Nieuwe Binnenweg 335b. Levie Mug (Rotterdam, 13 december 1878 – Auschwitz, 12 februari 1943 ), koopman in groente, was gehuwd met Saartje Walvis (Rotterdam, 14 januari 1890 – Auschwitz, 12 februari 1943) en hadden de volgende kinderen: Jacob Levie (Rotterdam, 14 augustus 1920 – Mittelbau, 9 februari 1945), Anna (Rotterdam, 25 juli 1922 – Auschwitz, 30 september 1942) en Abraham (Rotterdam, 23 april 1927 – Auschwitz, 12 februari 1943). In 1941 woonde het gezin op de Schildstraat 5a in Rotterdam.
Helmersstraat 24a – I. Dresden Koopman in fruit Isaac Dresden (Amsterdam, 1 november 1894 – Auschwitz, 28 februari 1943) was gehuwd met Sientje Dagloonder (Amsterdam, 13 november 1894 – Auschwitz, 29 oktober 1942) en zij hadden de volgende kinderen: Eva (Rotterdam, 8 juni 1918 – Auschwitz, 5 oktober 1942), Mietje (Rotterdam, 31 december 1920 – Sobibor, 28 mei 1943), Emanuel (Rotterdam, 26 december 1921 – Auschwitz, 30 september 1942), Abraham (Rotterdam, 8 maart 1923 – Auschwitz, 30 september 1942), Salomon (Rotterdam, 21 oktober 1925 – Auschwitz, 30 september 1942), Cosman (Rotterdam, 12 december 1921 – Auschwitz, 28 februari 1943), Ester (Rotterdam, 28 maart 1930 – Auschwitz, 29 oktober 1942) en Ephraïm (Rotterdam, 24 september 1932 – Auschwitz, 29 oktober 1942). In de oorlog woonden Isaac en Sientje op de Jodenbreestraat 77-1 in Amsterdam.
Helmersstraat 24b – B. Bobbe, J. Theeboom Koopman in tweedehands goed Benjamin Bobbe (Den Haag, 28 januari 1892 – Auschwitz, 21 januari 1943) was gehuwd met Mietje de Winter (Rotterdam, 8 augustus 1894 – Auschwitz, 21 januari 1943) en zij hadden vijf kinderen, Sophia (Rotterdam, 30 september 1914 – Auschwitz, 23 augustus 1942), pelshandelaar Michel (Den Haag, 16 november 1915 – Buchenwald, 1 maart 1945), slager Salomon (Rotterdam, 5 januari 1917), Jesiais (Rotterdam, 10 juni 1929) en Jacob Levie (Rotterdam, 2 september 1930 – Auschwitz, 21 januari 1943). Jacob Theeboom (Rotterdam, 3 oktober 1896 – Gemeente niet bekend, 10 februari 1945) was koopman en hij was gehuwd met Anna Roodenburg (Rotterdam, 8 juli 1899 – Sobibor, 11 juni 1943). Zij hadden zes kinderen, kleermaker Joseph (Rotterdam, 6 januari 1918 – Gemeente niet bekend, 2 mei 1945), handelsreiziger Isaäc (Rotterdam, 30 augustus 1919 – Auschwitz, 30 september 1942), Hartog (Rotterdam, 30 december 1920 – Rotterdam, 28 februari 1921), boekbindster Heintje (Rotterdam, 17 september 1925 – Sobibor, 9 juli 1943 , Rosetta (Rotterdam, 16 juli 1929) en Sientje (Rotterdam, 14 februari 1930 – Sobibor, 11 juni 1943).
Helmersstraat 24c – A. F. Roos Hier woonde de Rooms-Katholieke Antonius Franciscus Roos (Rotterdam, 26 maart 1891) en zijn vrouw Maria Elizabeth Persoon (Rotterdam, 22 januari 1895).
Helmersstraat 25 – B. Bobbe, N. Dagloonder, S. Dagloonder Bernard Bobbe (Rotterdam, 17 april 1896 – Sobibor, 7 mei 1943), exporteur van fruit, woonde waarschijnlijk hier en hij was getrouwd met Esther de Koning (Rotterdam, 26 februari 1899 – Sobibor, 7 mei 1943) en zij hadden de volgende kinderen: Rebecca Clasina (Rotterdam, 5 januari 1918 – Sobibor, 23 april 1943), Marcus (Rotterdam, 7 oktober 1919), Joël (Rotterdam, 8 februari 1921 – Mauthausen, 1 september 1941), Marcus (Rotterdam, 12 november 1921 – Auschwitz, 30 september 1942), Henry (Rotterdam, 20 september 1924 – Auschwitz, 29 augustus 1942) en Simon Mozes (Rotterdam, 21 april 1926 – Auschwitz, 30 september 1942). In de oorlog woonde het gezin op de Blasiusstraat 96-1 te Amsterdam. Rebecca Clasina woonde met haar gezin op de Jutphaasstraat 18, Rotterdam.
Koopman in fruit Noach Dagloonder (Amsterdam, 3 december 1883 – Auschwitz, 8 oktober 1942) was gehuwd met Esther Schouten (Amsterdam, 8 oktober 1888 – Auschwitz, 8 oktober 1942) en zij hadden de volgende kinderen: Joseph (Rotterdam, 17 december 1912 – Auschwitz, 30 september 1942), Hartog (Rotterdam, 28 januari 1914 – Mauthausen, 2 september 1941), Saartje (Rotterdam, 17 februari 1915), Flora (Rotterdam, 9 februari 1916 – Sobibor, 21 mei 1943), Abram (Rotterdam, 26 juni 1920 – Mauthausen, 3 september 1941), Estelle (Rotterdam, 15 juni 1926 – Auschwitz, 30 september 1942 – Auschwitz, 30 september 1942) en Joseph (Rotterdam, 15 juni 1926 – Auschwitz, 30 september 1942). In de oorlog woonden Noach en Esther op de Poeldijksestraat 75 in Den Haag.
Koopman in fruit Simon Dagloonder (Amsterdam, 16 mei 1896 – Auschwitz, 31 maart 1944) woonde hier met zijn vrouw Elisabeth Godschalk (Amsterdam, 24 januari 1898 – Sobibor, 24 mei 1943) en hun kinderen Mietje (Rotterdam, 12 augustus 1919), Esther (Amsterdam, 9 oktober 1923), Abraham (Amsterdam, 3 november 1927 – Sobibor, 21 mei 1943) en Naatje (Rotterdam, 14 januari 1930 – Sobibor, 21 mei 1943). In de oorlog woonde het gezin op de Zwanenburgwal 14a-3 te Amsterdam.
Koopman Marcus Dagloonder (Amsterdam, 24 november 1906 – Auschwitz, 31 maart 1943) was gehuwd met Debora Groenteman (Rotterdam, 26 februari 1906 – Auschwitz, 17 september 1942) en zij hadden de volgende kinderen: Mietje (Rotterdam, 16 januari 1930 – Auschwitz, 17 september 1942), Aäron (Rotterdam, 15 augustus 1932 – Auschwitz, 17 september 1942) en Abraham (Rotterdam, 2 januari 1933 – Auschwitz, 17 september 1942). In de oorlog woonde het gezin op de Koestraat 15-1 te Amsterdam.
Helmersstraat 28a – M. Dagloonder Zie nummer 25, het gezin van Marcus Dagloonder heeft kort voor de oorlog ook op dit adres gewoond.
Helmersstraat 28b – weduwe V. Groenteman-Naarden Hier woonde weduwe Vrouwtje Groenteman – Naarden (Amsterdam, 15 juni 1879 – Rotterdam, 5 december 1953). Vrouwtje was gehuwd met Aaron Groenteman (Amsterdam, 2 augustus 1879 – Rotterdam, 11 april 1931) en zij hadden de volgende kinderen: Sara (Amsterdam, 19 februari 1902 – Auschwitz, 19 november 1943), Joseph (Amsterdam, 21 oktober 1903), Debora (Rotterdam, 26 februari 1906 – Auschwitz, 17 september 1942), Abraham (Rotterdam, 26 december 1908 – Rotterdam, 14 juni 1980), Emanuel (Rotterdam, 28 maart 1911 – Venlo, 10 maart 1970), Levi (Rotterdam, 13 april 1913 – Amsterdam, 26 maart 1981), Jantje (Rotterdam, 4 oktober 1919) en Mozes (Rotterdam, 19 februari 1922).
Helmersstraat 29b – L. Levi, L .Ossendrijver Vertegenwoordiger Levi Levi (Rotterdam, 21 september 1899 – Sobibor, 20 maart 1943) was gehuwd met Lena van Praaga (Rotterdam, 26 juni 1902 – Sobibor, 20 maart 1943) en zij hadden drie kinderen; Jakob (Rotterdam, 23 juni 1923 – Mauthausen, 21 november 1942), Sara (Rotterdam, 6 juni 1933 – Sobibor, 20 maart 1943), Herman Samson (Rotterdam, 2 september 1938 – Rotterdam, 2 september 1938 – Sobibor, 20 maart 1943). In de oorlog woonde het gezin op de Van Vlooswijkstraat 9b te Rotterdam. Koopman in ongeregelde goederen Levie Ossendrijver (Rotterdam, 17 oktober 1896 – Auschwitz, 31 januari 1944) was gehuwd met Henriëtte de Jong (Rotterdam, 8 december 1902 – Auschwitz, 31 januari 1944). Hun kinderen waren Aaltje (Rotterdam, 30 november 1920 – Auschwitz, 27 augustus 1943) en Abraham (Rotterdam, 10 juli 1929 – Auschwitz, 31 januari 1944). In de oorlog woonde het gezin op de Bloemkwekerstraat 55a te Rotterdam.
Helmersstraat 30b – Louis Haagman en Mietje Haagman – Ossendrijver, A. Overkleeft Koopman en autosloper Louis Haagman (Rotterdam, 23 september 1870 – Sobibor, 9 april 1943) was gehuwd met Mietje Ossendrijver (Rotterdam, 1 oktober 1873 – Sobibor, 9 april 1943). Louis en Mietje hadden een groot gezin: Sara (Rotterdam, 5 oktober 1893 – Auschwitz, 8 oktober 1942), fotograaf Jacob (Rotterdam, 21 december 1895 – Auschwitz, 30 september 1942), Willem (Rotterdam, 8 september 1897 – Rotterdam, 13 oktober 1897), Anna (Rotterdam, 2 mei 1899 – Rotterdam, 19 juli 1925), Dina (Rotterdam, 5 december 1901 – Auschwitz, 26 juni 1943), Willem (Rotterdam, 4 januari 1903), Elisabeth Grietje (Rotterdam, 15 januari 1905 – Auschwitz, 5 november 1942), Marcus (Rotterdam, 20 juli 1906 – Rotterdam, 12 februari 1908), Jozua (Rotterdam, 14 september 1907), Mozes (Rotterdam, 7 maart 1909 – Rotterdam, 24 december 1909), Joseph (Rotterdam, 5 september 1910 – Rotterdam, 17 februari 1911), Alida (Rotterdam, 21 februari 1911), Hendrika (Rotterdam, 7 december 1913 – Rotterdam, 19 september 1914), Henriëtte (Rotterdam, 13 januari 1916 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en Lea (Rotterdam, 6 juli 1917 – Auschwitz, 5 februari 1943). In de oorlog woonden Louis en Mietje op de Statenweg 46 te Rotterdam. Adrianus Overkleeft (Rotterdam, 10 oktober 1909) was gehuwd met Alida Haagman (Rotterdam, 21 februari 1911 > zie hierboven) en zij kregen een zoon Maurits (Rotterdam, 5 januari 1933).
Helmersstraat 31a – M. de Koning, L. J. Waterman (Just?) Kruier Marcus de Koning (Rotterdam, 14 januari 1874 – Auschwitz, 15 oktober 1942) woonde op dit adres met zijn vrouw Betsy Stad (Delfshaven, 21 juli 1871 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en hun kinderen toneelknecht Simon Mozes (Rotterdam, 11 februari 1898 – Auschwitz, 17 september 1943), Esther (Rotterdam, 26 februari 1899 – Sobibor, 7 mei 1943), Fijtje (Rotterdam, 4 november 1900), portier Heijman (Rotterdam, 3 december 1901 – Sobibor, 20 maart 1943), Betje (Rotterdam, 7 september 1904 – Sobibor, 23 april 1943) en Levie (Rotterdam, 24 juni 1916 – Auschwitz, 30 september 1942). Bankwerker Lodewijk Julius (Just) Waterman (Rotterdam, 3 mei 1890 – Auschwitz, 19 februari 1943) woonde hier met zijn vrouw Aaltje Kaanis (Rotterdam, 19 februari 1892 – Auschwitz, 19 februari 1943) en hun kinderen elektricien Nathan (Rotterdam, 7 maart 1913 – Sobibor, 30 april 1943), Jacob (Rotterdam, 31 oktober 1914), verkoopster Mirjam (Rotterdam, 21 december 1916 – Auschwitz, 19 februari 1943), Jesaia Jacques (Rotterdam, 29 januari 1923 – Auschwitz, 30 april 1943), Meijer (Rotterdam, 4 september 1925 – Auschwitz, 30 april 1943) en een kind dat de oorlog overleefde. In de oorlog woonde het gezin op de Diergaardesingel 57b te Rotterdam.
Helmersstraat 32b – B. Sanders, weduwe E. Springer-Roselaar Elisabeth Roselaar (Amsterdam, 18 januari 1878) was getrouwd met Philip Springer en ze hadden drie kinderen. Philip overleed in 1936 en Elisabeth verhuisde na het bombardement naar de Mathenesserdijk 395c. Elisabeth werd vermoord in Sobibor op 26 maart 1943.
Helmersstraat 33b – J. Danielson, weduwe O. C. J. van Dorp – Orthel Joseph Danielson (Rotterdam, 14 november 1889 – Auschwitz, 19 november 1943) was gehuwd met Sara Groenteman (Amsterdam, 19 februari 1901 – Auschwitz, 19 november 1943) en bij hen woonden de volgende kinderen: Sientje Groenteman (Rotterdam, 8 juli 1925 – Auschwitz, 19 november 1943), Vrouwtje Danielson (Rotterdam, 22 april 1927 – Auschwitz, 19 november 1943) en Louis Danielson (20 september 1929 – Auschwitz, 19 november 1943). In de oorlog woonde het gezin op de Jodenbreestraat 37-2 te Amsterdam. Otillie Catharina Johanna Orthel was niet Joods. Ze was in 1885 geboren, trouwde op 26 mei 1915 met Johannes Bernardus van Dorp. Haar man overleed op 14 februari 1928. Verdere gegevens over Otillie zijn niet voorhanden.
Helmersstraat 34b – L. van Hasselt, J. J. Minnes Buffetbediende Levie van Hasselt (Groningen, 4 december 1911 – Auschwitz, 30 september 1942) was gehuwd met Heintje Schellenberg (Rotterdam, 12 mei 1915 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en zij kregen een dochter Sara (Rotterdam, 8 oktober 1937 – Auschwitz, 5 augustus 1942). Na het bombardement woonde het gezin op de Ochterveltstraat 24b in Rotterdam. De katholieke bootwerker Jan Jacob Minnes (Nijmegen, 12 december 1855) en zijn vrouw Johanna Maria Tonhof (Delfshaven, 11 juni 1849) woonden hier met hun gezin.
Helmersstraat 35a – L. van Wien Vermoedelijk was dit Levie van Wien (Rotterdam, 14 oktober 1899 – Midden-Europa, 31 maart 1944), koopman in fruit. Hij woonde hier met zijn vrouw Betje Gompels (Rotterdam, 12 oktober 1901 – Auschwitz, 19 oktober 1942) en hun kinderen Abraham (Rotterdam, 30 juli 1925 – Extern kommando Bobrek, 6 januari 1943) en Lotje (Rotterdam, 27 december 1933 – Auschwitz, 19 oktober 1942). Tijdens de oorlog woonde het gezin op de Mathenesserstraat 186a.
Helmersstraat 36b – S. Melhado, G. Schellenberg, A. Tas. Salomon Melhado woonde tot het bombardement op de Helmersstraat. Hij werd in Rotterdam geboren op 29 maart 1865 en overleed op 30 oktober 1943 in Poortugaal, waarschijnlijk in psychiatrisch ziekenhuis Maasoord. Salomon was getrouwd met Josephina Elsas (Den Bosch, 20 maart 1864 – Auschwitz, 15 oktober 1942), had vijf kinderen waarvan er twee de oorlog overleefden en hij was fruithandelaar van beroep. Tijdens de oorlog woonde het gezin op de Jozephstraat 54a te Rotterdam.
Loswerkman Gerrit Schellenberg (Rotterdam, 9 april 1884) was Nederlands Hervorm en gehuwd met de Joodse Jetje Os (Den Bosch, 4 januari 1885 – Rotterdam, 20 november 1940) en zij hadden de volgende kinderen: Abraham (Rotterdam, 23 februari 1911 – Rotterdam, 21 december 1996), Johanna Catharina Sophia (Rotterdam, 4 augustus 1913 – Rotterdam, 1 januari 1970) en Heintje (Rotterdam, 12 mei 1915 – Auschwitz, 5 augustus 1942). Heintje was gehuwd met Levie van Hasselt ( Helmersstraat 34b). Abraham Tas (Amsterdam, 10 juli 1898 – Auschwitz, 27 augustus 1943) was gehuwd met Hendrika Lopes Cardozo (Amsterdam, 5 september 1899 – Sobibor, 11 juni 1943) en zij hadden de volgende kinderen: Isaac (Amsterdam, 13 augustus 1920 – Midden-Europa, 31 maart 1944), Jacob (Amsterdam, 16 december 1922 – Midden-Europa, 31 maart 1944) en Levie (Amsterdam, 27 maart 1928 – Sobibor, 11 juni 1943). Vanaf 1930 woonde het gezin in Rotterdam, tijdens de oorlog woonden ze op de Bosboomstraat 4 te Den Haag.
Helmersstraat 36c – Eerste Nederlandsche Accumulatorenfabriek “De Ster”
Helmersstraat 37a– J. M. Jacobsohn, W. Schakel Marktkoopman en graancontroleur Jacob Moses Jacobsohn (Hannover, 10 oktober 1876 – Auschwitz, 15 oktober 1942) woonde hier met zijn vrouw Sientje Moscoviter (Rotterdam, 12 september 1880 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en hun kinderen Amalie (Rotterdam, 30 september 1903 – Rotterdam, 15 februari 1980), Rachel (Rotterdam, 16 oktober 1894) en Hirsch (Rotterdam, 3 april 1906 – Auschwitz, 30 september 1942). In de oorlog woonde het gezin op het Mijnsherenplein 40b in Rotterdam. De Nederlands-hervormde Willem Schakel (Giessendam, 29 april 1878) woonde hier met zijn vrouw Hendrika Teuntje Middelkoop (Bleskensgraaf, 2 februari 1874) en hun kinderen. Na het bombardement verhuisden ze naar de Van Speijkstraat 32b.
Helmersstraat 38b – B. Koster, H. Vos Groentekoopman Barend Koster (Rotterdam, 5 mei 1864 – Sobibor, 5 maart 1943) woonde hier met zijn vrouw Aaltje Aandagt (Rotterdam, 7 juni 1867 – Auschwitz, 26 oktober 1942) en hun kinderen Izaak (Rotterdam, 18 mei 1886), Levie (Rotterdam, 5 november 1887 – Auschwitz, 22 oktober 1942), Aäron (Rotterdam, 22 november 1889 – Auschwitz, 9 augustus 1942), Judit (Rotterdam, 9 februari 1892), Betje (Rotterdam, 27 maart 1894 – Auschwitz, 30 september 1942), Hartog (Rotterdam, 30 maart 1896 – Auschwitz, 30 september 1942), Sientje (Rotterdam, 4 april 1898 – Auschwitz, 3 augustus 1942), Mozes (Rotterdam, 27 juli 1900 – Auschwitz, 28 januari 1943), Jacob (Rotterdam, 7 augustus 1902 – Auschwitz, 30 september 1942), Nathan (Rotterdam, 8 februari 1907) en Michiel (Rotterdam, 7 juni 1912 – Auschwitz, 30 september 1942). Barend en Aaltje vierden in het Israëlitisch Oudeliedengesticht aan de Claes de Vrieselaan 70 in 1942 hun 54-jarige huwelijk.
Helmersstraat 38c – J. Levi Koopman in galanterieën Jakob Levi (Witten, Duitsland, 22 maart 1876 – Auschwitz, 11 februari 1944) woonde hier met zijn vrouw Hester Sanders (Rotterdam, 27 januari 1879 – Auschwitz, 11 februari 1944) en hun kinderen Herman (Rotterdam, 4 september 1879) en Levi (zie ook Helmersstraat 29b – Rotterdam, 21 september 1899 – Sobibor, 20 maart 1943).
Helmersstraat 39b – W. Haagman, H. C. H. Lansen, J. Moscoviter, H. van Oers. De Joodse vishandelaar en straatfotograaf Willem Haagman (Rotterdam, 24 januari 1903) huwde in 1925 met de katholieke Willemina Vink (Rotterdam, 10 januari 1907 – 1997) en zij hadden de volgende kinderen: Mietje (Rotterdam, 1926), Johanna Maria (Rotterdam, 1928), Sara (Rotterdam, 1930), Louis (Rotterdam, 1932), Jacobus Wilhelmus (Rotterdam, 1935) en Dina (Rotterdam, 1938). De hervormde Hugo Cornelis Henricus Lansen werd in Charlois geboren op 2 augustus 1877. Koopman Joseph Moscoviter werd op 30 augustus 1882 in Rotterdam geboren en op 2 januari 1943 in Auschwitz vermoord.In de oorlog woonde hij op de Persijnstraat 1a in Rotterdam.
De katholieke barbier Hendricus van Oers (Schiedam, 24 oktober 1868) woonde hier met zijn vrouw Maria Chabot (Sprang-Capelle, 18 september 1871) en hun kinderen.
Helmersstraat 40a – L. de Rooij Koopman in fruit en grondwerker Leendert de Rooij (Rotterdam, 23 januari 1914 – Sobibor, 23 april 1943) en vrouw Hendrika Clasina Bobbe (Rotterdam, 5 januari 1918 – Sobibor, 23 april 1943) woonden hier met hun kinderen Mozes (Rotterdam, 22 maart 1937 – Sobibor, 23 april 1943) en Esther (Rotterdam, 12 mei 1939 – Sobibor, 23 april 1943). In de oorlog woonde het gezin op de Jutphaasstraat 18 te Rotterdam.
Helmersstraat 40b – weduweN. van Gunst – Diepenbroek, weduwe B. Kaanis-Aandagt, A. Pijpeman, Ae. Schakel De katholieke Neeltje Diepenbroek (Arnhem, 13 december 1862) was de weduwe van Cornelis van Gunst (Den Helder, 31 maart 1843). Betje Aandagt woonde na het bombardement op de Persijnstraat 1a. Ze was de weduwe van Jacob Kaanis en werd geboren op 27 oktober 1864 in Rotterdam. Betje werd vermoord in Auschwitz op 19 februari 1943.
Koopman in sponsen Abraham Pijpeman (Arnhem, 7 januari 1879 – Auschwitz, 26 oktober 1942) was gehuwd met Judith Stad (Delfshaven, 10 april 1880 – Rotterdam, 16 december 1918) en zij hadden de volgende kinderen: Joseph (Rotterdam, 31 juli 1902), Hijman (Rotterdam, 25 oktober 1903 – Rotterdam, 23 oktober 1971), Leentje (Rotterdam, 6 januari 1905 – Rotterdam, 25 november 1989), Levie (Rotterdam, 29 juli 1906 – Auschwitz, 30 september 1944), Kaatje (Rotterdam, 10 augustus 1910), Joël (Rotterdam, 30 april 1916 – Schoppinitz, 31 oktober 1943) en Meijer (Rotterdam, 26 november 1918).
Helmersstraat 40c – weduwe P. J. Pöppelman – Mingaars Pieternella Johanna Mingaars werd geboren in 1860 en trouwde op 21 juli 1886 in Rotterdam met Wilhelmus Henricus Pöppelman. Het is niet bekend of zij Joods waren.
Helmersstraat 41b – M. Floor, C. C. Groen, A. Jacobs, M. S. Stad. De katholieke chauffeur Martinus Floor (Rotterdam, 27 april 1908) woonde hier met zijn vrouw Josephina Hermina Kagi (Rotterdam, 5 november 1910) en hun kinderen.
De Nederlands Hervormde metselaar Coenradus Cornelis Groen (Rotterdam, 6 februari 1899) woonde hier met zijn Joodse vrouw Mietje Sanders (Rotterdam, 23 februari 1896), dochter van Barend Sanders en Vrouwtje Lagrand, en hun zoon Levie (Rotterdam, 4 oktober 1919). Meijer Salomon Stad (Rotterdam, 4 oktober 1857) was getrouwd met Sara Schaap (Rotterdam, 4 mei 1862). Zij hadden 2 zoons, Maurits en Salomon Meijer. Meijer overleed in Rotterdam op 19 juli 1940, Sara werd vermoord in Sobibor op 28 mei 1943.
Magazijnbediende Meijer Salomon Stad (Rotterdam, 4 oktober 1857 – Rotterdam, 19 juli 1940) woonde hier met zijn vrouw Sara Schaap (Rotterdam, 4 mei 1862 – Sobibor, 28 mei 1943). Zij hadden de volgende kinderen: Salomon Meijer (Rotterdam, 16 mei 1886 – Auschwitz, 31 januari 1944), Hendrika (Rotterdam, 14 april 1887 – Auschwitz, 26 januari 1943), David (Rotterdam, 2 mei 1888 – Auschwitz, 9 november 1942), Anna (Rotterdam, 26 maart 1890 – Amsterdam, 2 juni 1941), Joël (Rotterdam, 10 mei 1892), Maurits (Rotterdam, 4 maart 1894 – Sobibor, 20 maart 1943), Isaac (Rotterdam, 1 maart 1897 – Auschwitz, 29 oktober 1942), Maria (Rotterdam, 25 januari 1900) en Barend (Rotterdam, 28 juni 1907 – Auschwitz, 30 september 1942).
Helmersstraat 41c– Gebroeders Van Eijsden
Helmersstraat 42b– B. Droomer, M. Kokernoot, A .Theeboom, L. van Trommel Benjamin Droomer (Rotterdam, 13 maart 1906 – Sobibor, 23 april 1943) en zijn vrouw Klaartje Cosman (Rotterdam, 28 februari 1910 – Sobibor, 23 april 1943) woonden hier met hun kinderen Anna (Rotterdam, 13 maart 1934 – Rotterdam, 25 juli 1935), Manuël (Rotterdam, 17 juni 1935 – Sobibor, 23 april 1943) en Leendert (Rotterdam, 10 juni 1938 – Sobibor, 23 april 1943). In de oorlog woonde het gezin op de Mierlostraat 42 in Rotterdam. Kleermaker en perser Michiel Kokernoot (Rotterdam, 10 maart 1890 – Auschwitz, 19 oktober 1942) woonde hier met zijn vrouw Judit Koster (Rotterdam, 15 februari 1894 – Auschwitz, 19 oktober 1942) en hun kinderen Izaak (Rotterdam, 10 juli 1915 – Midden-Europa, 31 maart 1944), Esther (Rotterdam, 1 augustus 1920) en Grietje (Rotterdam, 12 juli 1925). Na het bombardement woonde het gezin op de Busken Huëtstraat 92c te Rotterdam. Koopman in manufacturen Abraham Theeboom (Rotterdam, 11 juni 1898 – Auschwitz, 28 februari 1943) woonde hier tot in 1939 met zijn vrouw Leentje Wolff (Den Haag, 15 mei 1903 – Auschwitz, 15 oktober 1942) en hun zoon Jozeph (Rotterdam, 20 maart 1927 – Auschwitz, 28 februari 1943). In de oorlog woonde het gezin op de Naaldwijkschestraat 24 te Den Haag. Melkbezorger en grondwerker Levie van Trommel (Rotterdam, 11 juni 1913 – Auschwitz, 30 september 1942) woonde hier met zijn vrouw Sara Drielsma (Rotterdam, 17 augustus 1911 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en hun kinderen Heintje (Rotterdam, 1 april 1936 – Auschwitz, 5 augustus 1942) en Izak (Rotterdam, 4 mei 1938 – Auschwitz, 5 augustus 1942). In de oorlog woonde het gezin op de Noorderkanaalweg B12 in Rotterdam.
Helmersstraat 43a – B. Barendse, D. Stad Koopman in goud- en zilverwerk en straatfotograaf Bernardus Barendse (Rotterdam, 16 april 1905 – Auschwitz, 30 september 1942) woonde hier vanaf 1938 met zijn vrouw Estella Spetter (Schiedam, 21 juni 1895 – Auschwitz, 23 augustus 1942) en hun zoon Isaac (Rotterdam, 16 januari 1936 – Auschwitz, 23 augustus 1942). In de oorlog woonde het gezin op de Koningsstraat 184 te Den Haag. Koopman in ongeregelde goederen David Stad (Rotterdam, 2 mei 1888 – Auschwitz, 9 november 1942; zie voor ouders Helmersstraat 41b) woonde hier met zijn vrouw Jetje van der Stam (Rotterdam, 4 december 1887 – Auschwitz, 9 november 1942) en hun kinderen Sara (Rotterdam, 19 september 1910), Joseph (Rotterdam, 21 juli 1912 – Midden-Europa, 30 juni 1944), Meijer Salomon (Rotterdam, 10 mei 1914 – Auschwitz, 30 september 1942), Jonas (Rotterdam, 19 juni 1920 – Mauthausen, 4 november 1942), Salomon (Rotterdam, 18 juni 1922 – Auschwitz, 30 september 1942) en Maria (Rotterdam, 21 februari 1924 – Auschwitz, 30 september 1942). Tijdens de oorlog woonde het gezin op de Lepelkruisstraat 6-2 te Amsterdam.
Helmersstraat 43b– M. Groenendijk, A. Louws De katholieke Abraham Louws woonde hier met zijn vrouw Johanna Jongmans
Helmersstraat 44a – A. van Praaga
Waarschijnlijk is dit het gezin van Abraham van Praaga. Abraham werd geboren in Rotterdam op 30 september 1904 en trouwde met Naatje de Jong (Rotterdam, 19 september 1929) Abraham was koopman en vertrok na het bombardement naar Den Haag, waar zijn jongste zoon Lion werd geboren. De andere kinderen, Sara, Roza, Samson en Suzanna werden in Rotterdam geboren. Het hele gezin werd vermoord in Auschwitz op 12 februari 1943. Abraham werd vermoord op 30 september 1942.
Helmersstraat 44b– J. de Wolf Koopman in gummiwaren Jacob de Wolf (Rotterdam, 11 augustus 1902) was gehuwd met Catharina Wilhelmina Charlotta Taffijn (Rotterdam, 6 augustus 1897) en zij woonden hier met hun kinderen Meijer (Rotterdam, 15 mei 1921 – Auschwitz, 31 mei 1944), Betje (Rotterdam, 27 oktober 1923) en Harry (Rotterdam, 27 oktober 1923). Vader, moeder, Betje en Harry overleefden de oorlog.
Helmersstraat 46b – Louis Achttienribben, D. van der Staal. Kleermaker Louis Achttienribben (Rotterdam, 17 september 1918 – Schoppinitz, 31 oktober 1943) was de zoon van Levie Achttienribben (Amsterdam, 10 juni 1892 – Auschwitz, 30 juni 1943), koopman in ongeregelde goederen, en Sara Haagman (Rotterdam, 5 oktober 1893 – Auschwitz, 8 oktober 1942). Louis had vier broers, chauffeur Simon (Amsterdam, 13 juli 1914), Louis (Den Haag, 1 augustus 1915, waarschijnlijk jong overleden), Jacob (Rotterdam, 14 november 1916) en kleermaker Izaak (Rotterdam, 22 augustus 1924 – Auschwitz, 30 september 1942). Na het bombardement van 14 mei 1940 verhuisden vader Levie en moeder Sara naar Amsterdam waar ze op de Koningsstraat 46 een uitdragerij hadden. Louis verhuisde naar dezelfde straat waar hij met zijn gezin op nummer 17-1 woonde.
Helmersstraat 48– C. A. Meijer, J. de Vries De katholieke kelner Cornelis Antonius Meijer (Amsterdam, 6 juni 1899) was gehuwd met de cabaretartieste Hermina Hendrika Catharina Content (Amsterdam, 30 mei 1912 – Poortugaal, 30 augustus 1980).
bron: Stadsarchief Rotterdam, adresboek 1940
Stadsarchief Rotterdam,. verschillende gezinskaarten
www.maxvandam.info, stambomen van Nederlands-Joodse families (geraadpleegd december 2018)
www.joodsmonument.nl, verschillende lemmata (geraadpleegd december 2018)
De familie Theeboom, zelfde naam, verschillende levens op https://www.rijnmond.nl/nieuws/141616/De-nichtjes-Theeboom-zelfde-naam-verschillende-levens (geraadpleegd 7 december 2018).
“Advertentie Van Stedum”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 13-02-1931. Geraadpleegd op Delpher op 09-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858656:mpeg21:a0016
“Advertentie Kolthoff”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 24-06-1921. Geraadpleegd op Delpher op 09-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010874010:mpeg21:a0027
“Familiebericht Fresco”. “Zaans volksblad : sociaal-democratisch dagblad”. Amsterdam, 05-01-1939. Geraadpleegd op Delpher op 11-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010944676:mpeg21:a0203
“Familiebericht Levie Koster”. “Utrechts volksblad : sociaal-democratisch dagblad”. Amsterdam, 05-05-1939. Geraadpleegd op Delpher op 12-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010941384:mpeg21:a0135
“Advertentie Levie van Arend”. “Rotterdamsch nieuwsblad”. Rotterdam, 16-11-1921. Geraadpleegd op Delpher op 12-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010493898:mpeg21:a0185
“Advertentie Arend – almanakken”. “Rotterdamsch nieuwsblad”. Rotterdam, 31-12-1921. Geraadpleegd op Delpher op 12-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010493936:mpeg21:a0041
“VIJF EN VIJFTIG JAAR GEHUWD”. “Het joodsche weekblad : uitgave van den Joodschen Raad voor Amsterdam”. Amsterdam, 30-01-1942. Geraadpleegd op Delpher op 15-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010318303:mpeg21:a0104
Ludovicus Wolf, Stadsarchief Rotterdam, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 851-542.
Illustratie: “Advertentie Van Stedum”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 13-02-1931. Geraadpleegd op Delpher op 09-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858656:mpeg21:a0016
“Advertentie Kolthoff”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 24-06-1921. Geraadpleegd op Delpher op 09-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010874010:mpeg21:a0027
“Familiebericht Fresco”. “Zaans volksblad : sociaal-democratisch dagblad”. Amsterdam, 05-01-1939. Geraadpleegd op Delpher op 11-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010944676:mpeg21:a0203
“Familiebericht Levie Koster”. “Utrechts volksblad : sociaal-democratisch dagblad”. Amsterdam, 05-05-1939. Geraadpleegd op Delpher op 12-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010941384:mpeg21:a0135
“Advertentie Levie van Arend”. “Rotterdamsch nieuwsblad”. Rotterdam, 16-11-1921. Geraadpleegd op Delpher op 12-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010493898:mpeg21:a0185
“VIJF EN VIJFTIG JAAR GEHUWD”. “Het joodsche weekblad : uitgave van den Joodschen Raad voor Amsterdam”. Amsterdam, 30-01-1942. Geraadpleegd op Delpher op 15-12-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010318303:mpeg21:a0104