De Joodse gemeenschap in Heenvliet is een vrij oude Joodse gemeenschap. De sjoeldiensten werden in eerste instantie in een privé-woning gehouden, het godsdienstonderwijs in het achterste gedeelte van het armenhuis. De Joodse bevolking van Heenvliet was werkzaam in de vleeshouwerij, de textiel- en de veehandel.
In 1802 werd Hartog Jacob Sachs aangesteld als leraar en de synagoge van Heenvliet, aan de Kerkweg, werd ingewijd op 23 januari 1807. In 1806 was op die plek een huis met schuur aangekocht en deze werd verbouwd tot sjoel. Ook de Joden van Geervliet, Spijkenisse, Brielle, Hellevoetsluis en Zuidland bezochten deze sjoel.
Op 17 november 1809 kwam daar de klad in toen een tiental personen uit Brielle en Hellevoetsluis op sjabbat en feestdagen hun eigen diensten hielden in Brielle. De afstand naar Heenvliet vonden zij te groot en er was toen sprake van een afsplitsing.
De kille in Heenvliet (gemeente) kon echter voortbestaan en in 1867 werd de synagoge na restauratie opnieuw ingewijd. Het bleef wel lastig om het personeel voor de synagoge te vinden.
Er werden veelvuldig advertenties gevonden, zoals in 1873 en 1874, waarin de Israëlietische Gemeente te Heenvliet een onderwijzer zocht. Die van 1874 betrof een gecombineerde functie van sjochet (koosjere slager), onderwijzer en gazzan (voorzanger) voor een salaris van ƒ 5,50 per week als men gehuwd was en ƒ 2,50 per week voor een ongehuwde.
In 1874 fungeerde de zeventienjarige Jacob Lelifeld (spelling volgens krantenbericht) uit Den Haag als gazzan tijdens de viering van Jom Kippoer. Maar het zoeken ging nog jaren door. In 1877 werd de functie van voorzanger en godsdienstonderwijzer voor Rosj Hasjana waargenomen door A. Frank uit Goor en was de heer Israël Katan jr. de hulpvoorzanger. L. E. Elze uit Rotterdam voerde in dat jaar een bris (besnijdenis) uit in Heenvliet.
De kille bleef een actieve gemeente.
Joodse begraafplaats
De Joodse begraafplaats dateert van 1781 en ligt aan de Spuikade in Geervliet. Ook de Joodse gemeenten van Brielle en Hellevoetsluis gebruikten deze begraafplaats die in 1836 en in 1882 werd uitgebreid. In 1940 vond er de laatste begrafenis plaats.
1948
In 1948 werden de synagoge en de aangebouwde woning van de godsdienstonderwijzer verkocht en afgebroken. Nevenstaande gevelsteen was in deze sjoel bevestigd.
Van de IJsselsteentjes van de sjoel werd een dubbel woonhuis gebouwd. De Paracha (voorhang voor de Heilige Ark) bevindt zich nu in de Synagoge in Leiden. De Joodse gemeente in Heenvliet hield de facto al op met bestaan voor de oorlog, teveel Joodse inwoners waren toen al weggetrokken uit Heenvliet.
Wolf Langendijk
Over de heer Langendijk, die actief was binnen de Joodse gemeente volgens bovenstaande advertentie, is nog meer gevonden en wel een bericht rond zijn overlijden in september 1911, waaruit ook zijn functie in de Gemeenteraad van Zwartewaal naar voren komt:
‘BRIELLE, 17 September. Onder groote deelneming, ook van andersdenkenden werd heden ter laatste rustplaats gebracht te Geervliet het stoffelijk omhulsel van W. Langendijk op 71 jarigen leeftijd te Zwartewaal overleden.
Hij was in leven voorzitter van de gemeente Heenvliet en lid van den Gemeenteraad te Zwartewaal, beide functien werden met ware toewijding door hem vervuld. In het Metaarhuis huis werd door den heer M. P. Levie zijn vruchtbaar werkzaam leven geschetst. Met het heengaan van Langendijk verliest de gemeente een harer steunpilaren, steeds werkzaam voor haar behoud, zijn familie een zorgzaam en liefhebbend man en vader, de gemeente Zwartewaal een trouw Raadslid. De eenvoudige man was iemand van strikt eerlijke beginselen en trouwe plichtsvervulling.’
Wolf Langendijk (Zwartewaal, 19 mei 1840 – Zwartewaal, 14 september 1911) was veehandelaar en getrouwd met Sara (Saartje) Meijer (Werkendam, 13 mei 1844 – Amsterdam, 6 februari 1913). Hun dochter Judith (Zwartewaal, – Amsterdam, ) was getrouwd met Aäron van Gelder (Leerdam, – Hilversum, ), textielhandelaar en honorair consul voor Nederland in Israël. Kleinzoon Willem Abraham van Gelder (Leerdam, 3 februari 1901-1981) maakte aliya (emigreerde naar Israël) in 1956 en werd consul voor Nederland in Israël.
Sal van Blankenstein
Salomon van Blankenstein (IJsselmonde, – Auschwitz, ) was voor de oorlog van groot belang voor deze gemeente. Zijn zeventigste verjaardag was de aanleiding om hem in het zonnetje te zetten, zoals te lezen is in een verslag uit het Nieuw Israëlietisch Weekblad van 18 februari 1938:
‘Onder zeer groote belangstelling heeft de heer Sal. van Blankenstein alhier zijn 70sten verjaardag gevierd. Zijn vele werk op godsdienstig gebied in Heenvliet en omstreken heeft hem tot een verdienstelijk man gemaakt, hetgeen bleek uit de gelukwenschen o.a. van de weleerw. heeren Opperrabbijn Davids en Rabbijn Cohen te Rotterdam. Vele burgerlijke autoriteiten kwamen hem complimenteeren. Onze beste wenschen voor den jubilaris.’
Deportatie
In de oorlog werden de laatste drie Joodse inwoners van Heenvliet gedeporteerd,
Salomon (Sal) van Blankenstein (IJsselmonde, 12 februari 1868 – Auschwitz, 5 november 1942; naar hem is een straat vernoemd (de straat waar de synagoge stond) – het echtpaar was de motor van de Joodse gemeenschap in Heenvliet, en zijn vrouw Elisabeth den Hartog (Hendrik Ido Ambacht, 22 april 1877 – Auschwitz, 5 november 1942). Sal en Elizabeth woonden op Wieldijk 118, met Rachel Marianne Goudsmit, die geboren werd in Rotterdam op 4 april 1881 en vermoord werd in Auschwitz op 25 januari 1943.
Stolpersteinen
Op 25 juli 2011 werden er in Heenvliet Stolpersteinen geplaatst. Het verslag staat hier.
bron:
Michman, Jozepf, e.a. Pinkas – geschiedenis van de Joodse gemeenschap in Nederland (Jeruzalem 1985),
joodsmonument.nl, lemma Salomon van Blankenstein, Elisabeth den Hartog, Rachel Marianne Goudsmit (geraadpleegd 15 maart 2013)
www.sjoelbrielle.nl
www.jhm.nl, lemma Heenvliet
met dank aan Riet de Leeuw van Weenen
Nieuw Israëlietisch Weekblad, 6 aug 1909, Chazan
ibidem, 12 sep 1919, hulpchazan
ibidem, 18 feb 1938, Sal van Blankenstein
Database Joods Biografisch Woordenboek, lemma Wolf Langendijk, Aaron van Gelder, Willem Abraham van Gelder
sjochet, onderwijzer, gazzan, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 5, 1874, no 22, 26-06-1874. Geraadpleegd op Delpher op 18-09-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005393074:00001
Jacob Lelifeld, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 5, 1874, no 36, 02-10-1874. Geraadpleegd op Delpher op 18-09-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005393088:00001.
Voorzanger 1877, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 8, 1877, no 34, 14-09-1877. Geraadpleegd op Delpher op 29-10-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005394086:00001.
Illustratie:
Nieuw Israëlietisch Weekblad, 6 aug 1909, Chazan
ibidem, 12 sep 1919, hulpchazan
sjochet, onderwijzer, gazzan, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 5, 1874, no 22, 26-06-1874. Geraadpleegd op Delpher op 18-09-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005393074:00001
gepubliceerd:
1 maart 2016
Laatst bijgewerkt:
28 oktober 2022