De eerste Joden die zich op Voorne-Putten vestigden kwamen op deze eilanden rond 1700; de eerste begraafplaats is van 1781. Voor die tijd werd er begraven in Rotterdam. Ze woonden in Heenvliet, Geervliet, Zwartewaal, Zuidland, Hellevoetsluis en Brielle, waren werkzaam in de vleeshouwerij, de veehandel of de textielhandel.
De Joodse gemeente kwam voor de diensten samen in een privéwoning en de godsdienstlessen werden gegeven in het achterste deel van het armenhuis van Heenvliet. Tegenwoordig is het duidelijkste spoor van de Joodse geschiedenis de Joodse begraafplaats, die sinds 1781 in Geervliet gevestigd is aan de Spuikade. Deze begraafplaats was voor de Joodse gemeenschap een bron van zorg. Hoewel de begraafplaats er nu redelijk onderhouden bij ligt, is dat onderhoud in het verleden wel eens minder geweest, zoals blijkt uit een artikel uit het Nieuw Israëlietisch Weekblad van 13 januari 1933 waarin vooraanstaande leden van de Joodse gemeenschap hun bezorgdheid uitspreken:
Synagoge Heenvliet
Op 23 januari 1807 werd de eerste synagoge in deze omgeving ingewijd, in Heenvliet aan de Kerkweg. Vanwege onenigheid én de afstand maakten Hellevoetsluis en Brielle zich in 1809 los van Heenvliet; dit had grote financiële consequenties voor Heenvliet omdat met de nu te kleine gemeente de sjoel niet te bekostigen viel. De geloofsgemeente vroeg financiële ondersteuning aan en in 1867 kon de sjoel gerestaureerd worden. In 1887 maakte ook Zuidland zich los van deze kehille (geloofsgemeente).
Na de oorlog
Na de oorlog waren er geen leden meer over van deze kehille en de gemeente werd in 1947 bij die van Rotterdam gevoegd. De synagoge van Heenvliet werd in 1953 gesloopt nadat deze geheel onder water had gestaan bij de watersnoodramp. De begraafplaats in Geervliet wordt onderhouden door de gemeente en staat sinds 1971 op de monumentenlijst. In 1986 werd de begraafplaats gerestaureerd.
Het aantal Joden in Heenvliet ging van 44 tot 48 Joden in 1809 naar 14 in 1930 – de aanzuigende werking van Rotterdam is met name een reden van deze teruggang. In 1809 was Heenvliet de grootste Joodse gemeente op Voorne-Putten.
bron:
Michman, Jozeph e.a., Pinkas, geschiedenis van de Joodse gemeenschap in Nederland (Jeruzalem 1985),
JHM,
streekarchief,
joodsmonument.nl,
Nieuw Israëlietisch Weekblad, 13 jan 1933, Eert uwe dooden!
met dank aan Riet de Leeuw van Weenen.
Nederlandsch-Israelietisch jaarboekje voor …, jrg 2, 1852, 1852. Geraadpleegd op Delpher op 15-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005694002:00001
Illustraties:
© joodsamsterdam.nl
Nieuw Israëlietisch Weekblad, 13 jan 1933, Eert uwe dooden!
begraafplaats, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 8, 1877, no 32, 31-08-1877. Geraadpleegd op Delpher op 29-10-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005394084:00001.
gepubliceerd:
1 maart 2016
Laatst bijgewerkt:
11 december 2022